Bediening
machine in de achteruitversnelling wordt geschakeld
terwijl de messen van de maai-eenheid of het d.m.v. de
aftakas aangedreven appendage zijn ingeschakeld, dan
zal de motor worden uitgeschakeld.
Maai niet tijdens achteruit rijden, behalve indien dit
absoluut noodzakelijk is. Als u moet maaien terwijl u
achteruit rijdt of andere d.m.v. de aftakas aangedreven
appendages gebruikt (zoals een sneeuwruimer of een
cultivator), dan kan deze interlockbeveiliging tijdelijk
worden uitgeschakeld.
Voordat u deze functie uitschakelt, dient u er zeker van
te zijn dat er geen kinderen aanwezig zijn op of in de
buurt van het terrein waar u de tractor gaat gebruiken,
en dat er ook geen (plotseling) kunnen verschijnen ter-
wijl u aan het maaien bent of een appendage gebruikt.
Wees extra op uw hoede als u de interlockbeveiliging
heeft uitgeschakeld omdat het motorgeluid van de trac-
tor ervoor kan zorgen dat u het niet opmerkt wanneer
een kind of een ander persoon het terrein heeft betre-
den waar u de tractor gebruikt.
Als u er zeker van bent dat u de maaier of een
appendage veilig kunt gebruiken tijdens achteruit rij-
den dan kunt u de interlockbeveiliging voor achteruit
rijden uitschakelen door de "Key Choice" schakelaar
(Afb. 8) om te zetten, die zich aan de voorzijde onder
de stoel bevindt, nadat u de aftakas heeft ingeschakeld.
Er zal een rood lampje op de bedieningsconsole (Afb.
9) gaan branden om u eraan te herinneren dat de inter-
lockbeveiliging voor het achteruit rijden uitgeschakeld
is. Als de interlock eenmaal uitgeschakeld is, blijft
deze uitgeschakeld — terwijl uw maaier of appendage
is ingeschakeld tijdens het achteruit rijden – en blijft
het lampje op de console branden totdat de aftakas of
de motor worden uitgeschakeld.
NB:
Steek de "Key Choice" sleutel niet in het con-
tact behalve wanneer het absoluut noodzakelijk is om
tijdens achteruit rijden te maaien of een appendage te
gebruiken. De "Key Choice" sleutel dient ook verwi-
jderd te worden uit het contact wanneer de machine
wordt gebruikt door anderen dan de verantwoordelijke,
ervaren bestuurder. Hierdoor wordt voorkomen dat de
machine tijdens achteruit rijden wordt gebruikt om te
14
maaien of terwijl een ander appendage is ingeschakeld.
Verwijder altijd zowel de contactsleutel als de "Key
Choice" sleutel en bewaar ze op een veilige plaats
buiten het bereik van kinderen wanneer u de machine
onbeheerd achter laat.
ATTENTIE
POTENTIEEL GEVAAR
•
Een kind of ander persoon kan onder de zit-
maaimachine terecht komen tijdens achteruit
rijden terwijl de messen zijn ingeschakeld.
WAT KAN ER GEBEUREN?
•
Door contact met de messen ontstaat ernstig
lichamelijk letsel, mogelijk met fatale afloop.
HOE KAN DIT GEVAAR WORDEN VERME-
DEN?
•
Maai niet tijdens achteruit rijden, behalve wan-
neer dit absoluut noodzakelijk is.
•
Kijk altijd achterom en omlaag voordat u
achteruit gaat rijden.
•
Gebruik de "Key Choice" schakelaar uitslui-
tend wanneer u er zeker van bent dat er geen
kinderen of andere personen het terrein zullen
betreden.
•
Verwijder altijd zowel de contactschakelaar als
de "Key Choice" sleutel en bewaar deze op een
veilige plaats buiten het bereik van kinderen of
onbevoegde gebruikers wanneer u de machine
onbeheerd achter laat.