Opnemen met de Snelsluiter (Snelsluiter)
Procedure
[r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Snelsluiter
Wanneer de Snelsluiter ingeschakeld is kunt u de sluiter geheel indrukken zonder te
wachten op Autofocus. Hierdoor wordt het beeld opgenomen d.m.v. een versnelde
scherpstelbewerking die veel sneller is dan Autofocus.
Schakelt de Snelsluiter in
Aan
• Sommige beelden kunnen onscherp zijn wanneer de Snelsluiter wordt
gebruikt.
Schakelt de Snelsluiter uit zodat het scherpstellen uitgevoerd wordt met
normale Autofocus voordat het beeld opgenomen wordt.
• Er worden beelden opgenomen zonder scherpstellen als u de
Uit
sluitertoets volledig indrukt terwijl de Snelsluiter uitgeschakeld is.
• Als het maar even mogelijk is, kunt u beter een beetje extra tijd
gebruiken om de sluitertoets halverwege in te drukken voor een juiste
scherpstelling.
LET OP
• Bij een relatief hoge zoomfactor zal de Snelsluiter stoppen met werken en schakelt
de camera over naar standaard Autofocus.
• de Snelsluiter instelling wordt geactiveerd voor de tweede en navolgende beelden
van een doorlopende sluiteropnamegroep bij normale snelheid.
Weergeven van een schermraster (Raster)
Procedure
[r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Raster
Het schermraster kan op het OPNAME modus beeldscherm
worden weergegeven om het verticaal en horizontaal passen
gemakkelijker te maken bij het samenstellen van beelden.
102
Geavanceerde instellingen