Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Controles Vooraf Bij Eerste Gebruik; Installatie En Bediening - Lennox AIRCUBE KSCM Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

INSTALLATIE EN BEDIENING

CONTROLES VOORAF VOOR EERSTE GEBRUIK
- Controleer of de vermogen toevoer dezelfde is als die op de Toelaatbare Belastingsplaats staat die overeenkomt met
het elektrisch diagram voor de unit en dat de kabellengtes correct zijn.
- Controleer of de elektrische verbindingen stevig vast zitten aan hun terminals en aan de grond.
- Controleer de controle paneel verbindingen.
(Als de verbinding verkeerd is, zal de unit niet werken en de display van het controle paneel zal niet branden).
- Controleer, met uw hand, of de ventilators vrij kunnen draaien.
FIGUUR VOOR DE STANDAARD UNIT
CONFIGURATIE VOOR MODELLEN:
52D-64D-76D-86D
CONTROLEER HET OLIEPEIL VAN DE COMPRESSOR
- Een deel van de compressorolie wordt in het systeem meegevoerd wanneer de compressor start, dus bij split
systemen kan een deel van de olie in het systeem zitten: leidingen, sifons, verdamper, etc.
- De hoeveelheid olie in het systeem is afhankelijk van de hoeveelheid koudemiddel. De compressor kan niet werken
met te weinig, maar ook niet met te veel olie.
- Afhankelijk van de leidinglengte kan het nodig zijn meer olie in het systeem te brengen.
Voeg alleen olie van het juiste type toe: synthetische POE.
De oorspronkelijk al aanwezige olie in de compressor is van het type ICI Emkarate RL32-3MAF. Bij volledige
vernieuwing van de olie moet ook weer deze soort olie gebruikt worden.
Bij het toevoegen van olie mag echter ook RL32-3MAF of Mobil EAC Artic 22C worden gebruikt.
CONTROLES VOORAF BIJ EERSTE GEBRUIK
Om de unit te starten, volg de instructies in de Controle Paneel Handleiding die bij de unit geleverd wordt (gevra-
agde handeling in gelijk welke modus, koeling, verwarming, of automatisch).
Na een tijdje zal de unit starten.
Terwijl de unit werkt, controleert u of de ventilators vrij en in de juiste richting draaien.
CONTROLEER DE JUISTE DRAAIRICHTING VAN DE COMPRESSOR.
- Bij een 3 phasen beveiliging kunt u hiervan gebruikmaken om de juiste draairichting te controleren.
- Is er geen 3 phasen beveiliging, controleer dan de juiste draairichting: de compressor draait in de juiste richting als de
zuigdruk afneemt en de persdruk toeneemt als de compressor werkt.
Als de phase aansluitingen onjuist zijn, draait de compressor verkeerd om, maakt veel lawaai en is de stroomopname
minder. Als dit optreedt, zal de interne beveiliging van de compressor de unit uitschakelen. Koppel de draden los, wissel
twee fasen om en sluit de drie draden weer aan.
De compressoren zijn voorzien van een ASTP-beveiliging. Zie "Storingsdiagnose" voor meer informatie.
CONTROLEER BIJ HET GEBRUIK VAN DE UNIT:
- De lage en hoge druk.
- Verdampings- en vloeistoftemperatuur voor het berekenen van oververhitting en onderkoeling.
- Pas naar aanleiding van deze waarden, indien nodig, de hoeveelheid koudemiddel aan en/of de instelling van het expansieventiel.
HET OLIEPEIL IN DE COMPRESSOR
Het oliepeil moet altijd gecontroleerd worden. Bij gestopte compressor moet het peil staan tussen
1/4 en 3/4 in het kijkglas, terwijl het
Voeg alleen olie van het juiste type toe: synthetische POE.
De oorspronkelijk al aanwezige olie in de compressor is van het type ICI Emkarate RL32-3MAF.
Bij volledige vernieuwing van de olie moet ook weer deze soort olie gebruikt worden.
Bij het toevoegen van olie mag echter ook RL32-3MAF of Mobil EAC Artic 22C worden gebruikt.
CONTROLE PANEEL
peil tijdens bedrijf tussen 3/4 en vol moet zijn.
24
• •
• •
mode
of f
on
set

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave