OPMERKING: Het toestel is niet compatibel met Windows
98, ME, Windows NT
, en Mac
®
Bestandstypen
Het toestel biedt ondersteuning voor de volgende
bestandstypen.
• Kaarten en GPX-waypointbestanden van myGarmin
kaartsoftware, waaronder MapSource
HomePort
™
(Eigen nuttige
• GPI-bestanden met eigen nuttige punten van Garmin POI
Loader
(POI Loader-software
Over geheugenkaarten
Geheugenkaarten zijn verkrijgbaar bij elektronicawinkels.
Software met vooraf geladen kaarten van Garmin kunt u ook
aanschaffen op www.garmin.com/trip_planning. U kunt op de
geheugenkaarten behalve kaarten en kaartgegevens ook
afbeeldingsbestanden, geocaches, routes, waypoints en eigen
nuttige punten opslaan.
Een geheugenkaart installeren
Het toestel biedt ondersteuning voor microSD
geheugenkaarten.
1
Plaats een geheugenkaart in de uitsparing op het toestel.
2
Druk op de kaart totdat deze vastklikt.
Het toestel aansluiten op uw computer
U kunt het toestel met de meegeleverde USB-kabel op een
computer aansluiten.
1
Steek het smalle uiteinde van de USB-kabel in de poort op
het toestel.
2
Steek het bredere uiteinde van de USB-kabel in een USB-
poort op uw computer.
Er verschijnt een afbeelding van uw toestel dat op een
computer is aangesloten op het scherm van het toestel.
Het apparaat wordt op uw computer weergegeven als
draagbaar toestel, verwisselbaar station of verwisselbaar
volume, dit is afhankelijk van het besturingssysteem.
Gegevens van uw computer overzetten
1
Verbind het toestel met uw computer
op uw
computer).
Het toestel wordt op uw computer weergegeven als
draagbaar toestel, verwisselbaar station of verwisselbaar
volume, dit is afhankelijk van het besturingssysteem.
2
Open de bestandsbrowser op de computer.
3
Selecteer een bestand.
4
Selecteer Bewerken > Kopiëren.
5
Blader naar een map op het toestel.
OPMERKING: Plaats geen computerbestanden in de Garmin
map op verwisselbare stations en volumes.
6
Selecteer Bewerken > Plakken.
De USB-kabel loskoppelen
Als uw toestel als een verwisselbaar station of volume is
aangesloten op uw computer, dient u het toestel op een veilige
manier los te koppelen om gegevensverlies te voorkomen. Als
uw toestel als een draagbaar toestel is aangesloten op uw
Windows-computer, hoeft u het niet op een veilige manier los te
koppelen.
1
Voer een van onderstaande handelingen uit:
• Op Windows-computers: Selecteer het pictogram
Hardware veilig verwijderen in het systeemvak en
selecteer uw toestel.
Het toestel aanpassen
OS 10.3 en ouder.
®
™
, BaseCamp
™
en
®
punten).
installeren).
en microSDHC-
™
(Het toestel aansluiten
95,
• Op Mac-computers: Sleep het volumepictogram naar de
®
prullenbak.
2
Koppel de kabel los van uw computer.
Het toestel aanpassen
Kaart- en voertuiginstellingen
Als u de kaart- en voertuiginstellingen wilt wijzigen, selecteert u
vanuit het hoofdmenu Instellingen > Kaart en voertuig.
Voertuig: Hiermee kiest u een ander pictogram voor het
aangeven van uw positie op de kaart. Ga naar
www.garmingarage.com
Autokaartweergave: Hiermee stelt u het perspectief van de
kaart in.
Kaartdetail: Hiermee stelt u het detailniveau van de kaart in. Als
er meer details worden weergegeven, wordt de kaart
mogelijk langzamer opnieuw getekend.
Kaartthema: Hiermee kunt u de kleuren van de kaartgegevens
wijzigen.
Kaartfuncties: Selecteer de snelkoppelingen die in het menu
met kaartfuncties worden weergegeven.
Kaartlagen: Hiermee stelt u de gegevens in die op de
kaartpagina worden weergegeven
aanpassen).
Mijn Kaarten: Hiermee stelt u in welke geïnstalleerde kaarten
het toestel gebruikt.
Kaarten inschakelen
U kunt kaartproducten inschakelen die op het toestel zijn
geïnstalleerd.
TIP: Ga voor het aanschaffen van aanvullende kaartproducten
naar www.garmin.com/nl/maps.
1
Selecteer Instellingen > Kaart en voertuig > Mijn Kaarten.
2
Selecteer een kaart.
Navigatie-instellingen
Als u de pagina met navigatie-instellingen wilt openen,
selecteert u vanuit het hoofdmenu Instellingen > Navigatie.
Berekenmodus: Hiermee stelt u uw routevoorkeur in.
Te vermijden: Hiermee stelt u in welke wegonderdelen u op
een route wilt mijden.
Aangepast vermijden: Hiermee kunt u opgeven welke
specifieke wegen en gebieden u wilt vermijden.
Geavanceerde omwegen: Hiermee stelt u de lengte van de
omweg in.
Veilige modus: Hiermee schakelt u alle functies van het
navigatiesysteem uit die veel aandacht van de gebruiker
vragen en u tijdens het rijden kunnen afleiden.
GPS Simulator: Hiermee stelt u in dat het toestel geen GPS-
signalen meer ontvangt, waarmee u de batterij spaart.
Routevoorkeuren
Als u de pagina met instellingen voor de berekenmodus wilt
openen, selecteert u vanuit het hoofdmenu Instellingen >
Navigatie > Berekenmodus.
De routeberekening is gebaseerd op de snelheidsgegevens van
een weg en de versnellingsgegevens van een voertuig voor een
bepaalde route.
Snellere tijd: Hiermee berekent u routes die sneller worden
afgelegd, maar mogelijk langer zijn.
Kortere afstand: Hiermee berekent u routes die korter zijn,
maar mogelijk langzamer worden afgelegd.
Minder brandstof: Hiermee berekent u routes waarvoor minder
brandstof nodig is dan voor andere routes.
voor meer pictogrammen.
(De kaartlagen
13