Wie mag de machine bedienen?
Alleen opgeleide, geïnstrueerde personen ouder
dan 18 jaar die daartoe opdracht hebben gekre-
gen, mogen de machine besturen en bedienen.
De bevoegdheden moeten bij de bediening duide-
lijk vastgelegd en gerespecteerd worden.
Personen onder invloed van alcohol, medicamen-
ten of drugs mogen de machine niet bedienen, on-
derhouden of repareren.
Onderhoud en reparatie vereisen speciale kennis
en mogen alleen worden uitgevoerd door gekwali-
ficeerd vakpersoneel.
Ombouwingen en veranderingen aan
de machine
Eigenmachtige veranderingen aan de machine
zijn om veiligheidsredenen niet toegestaan.
Originele onderdelen en toebehoren zijn speciaal
voor de machine geconcipieerd.
Wij wijzen er uitdrukkelijk op, dat niet door ons ge-
leverde onderdelen en speciale uitrustingen ook
niet door ons zijn vrijgegeven.
De inbouw en/of het gebruik van zulke producten
kan ook de actieve en/of de passieve veiligheid
beïnvloeden.
Voor schade die ontstaat door het gebruik van
niet-originele onderdelen of speciale uitrustingen,
is elke aansprakelijkheid van de fabrikant uitgeslo-
ten.
Beschadigingen, gebreken, misbruik
van veiligheidsinrichtingen
Machines die functioneel en in het verkeer niet vei-
lig zijn, moeten onmiddellijk buiten bedrijf gesteld
en mogen tot aan reparatie zoals voorgeschreven
niet ingezet worden.
Veiligheidsinrichtingen en -schakelaars mogen
niet verwijderd of onwerkzaam gemaakt worden.
Veiligheidsinstructies in de gebruiks-
aanwijzing en onderhoudshandlei-
ding:
Gevaar
!
Zo gekenmerkte plaatsen wijzen op mogelijke
gevaren voor personen.
BW 213 D-4
Aandacht
!
Zo gekenmerkte plaatsen wijzen op mogelijke
beschadiging van de machine of van construc-
tiedelen.
i
Opmerking
Zo gekenmerkte plaatsen geven technische infor-
matie voor de optimale rendabele inzet van de ma-
chine.
Milieu
Zo gekenmerkte plaatsen wijzen op handelin-
gen voor de veilige en milieuvriendelijke ver-
werking van bedrijfs- en hulpstoffen en van
vervangingsonderdelen.
Voorschriften ter bescherming van het milieu
in acht nemen.
Laden van de machine
Enkel veilige en solide laadplatformen gebruiken.
De helling van het platform moet vlakker zijn dan
het klimvermogen van de machine.
De machine vastzetten tegen omkippen of wegglij-
den.
De machine op voertuigen vastzetten tegen ver-
rollen, wegglijden of omkippen.
De machine betekent een levensgevaar voor per-
sonen,
die zich bevinden onder zwevende lasten of
l
eronder gaan staan
die in het rijbereik van de machine gaan staan.
l
De machine mag in zweefstand slechts een weinig
pendelen.
Gebruik enkel veilige en solide hefmiddelen.
De heftoestellen enkel bevestigen aan de voorge-
schreven hefpunten.
De machine slepen
In principe de sleepstang gebruiken.
Max. sleepsnelheid 1 km/h, max. sleepafstand
500 m.
Bij het lossen van de lamellenrem, de machine te-
gen plots wegrollen beveiligen.
BOMAG
www.duma-rent.com
Veiligheidsvoorschriften
15