Voer het nummer van de Afdelings-ID in.
[Pincode]
Voer, naar noodzaak, de pincode in die bij de afdelings-ID behoort.
[Verifiëren]
Klik hierop om te controleren of de juiste id en pincode zijn ingevoerd. Deze functie is niet beschikbaar als
het apparaat en de computer via een USB- of een WSD-poort (Web Services on Devices) met elkaar zijn
verbonden.
[Afdelings-id/pincode bevestigen bij afdrukken]
Steeds wanneer u afdrukt of faxt vanaf een computer, moet u het selectievakje voor het weergeven van het
uitklapscherm [Afdelings-id/pincode bevestigen] inschakelen.
[Beheer afdelings-id niet gebruiken bij afdrukken in zwart-wit]
Schakel het selectievakje in om zwart-wit-afdrukgegevens als een taak met onbekend ID te verzenden.
[Afdelings-id en pincode verifiëren op apparaat]
Schakel het selectievakje in als de aansluiting tussen het apparaat en de computer via een USB- of een WSD-
poort tot stand is gebracht.
7
Klik op [OK].
Aanmelden bij het apparaat
●
Als u vanaf een computer een taak wilt verzenden terwijl Afdelings-ID
beheer is ingeschakeld, verschijnt het volgende scherm (tenzij het
selectievakje [Afdelings-id/pincode bevestigen bij afdrukken] leeg is):
Taken blokkeren indien afdelings-id onbekend
'Afdrukken vanaf een computer' is standaard zodanig geconfigureerd dat de gebruiker taken kan verrichten zonder
een ID en pincode in te voeren, zelfs wanneer Afdelings-ID-beheer is ingeschakeld. Als u wilt instellen dat functies
uitsluitend kunnen worden verricht na het invoeren van een ID en pincode, verricht dan onderstaande procedure.
1
Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan.
afstand starten(P. 284)
2
Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina.
UI(P. 285)
3
Selecteer [Gebruikersbeheer]
4
Klik op [Bewerken].
Het apparaat beheren
[Afdelings-ID beheer].
236
De UI op
Scherm van externe