Terwijl de recorder op de computer is aangesloten
Probleem
De computer herkent de
recorder niet.
De recorder werkt niet
normaal alhoewel de
computer hem wel
herkent.
De recorder mag niet
worden gebruikt als
opslagapparaat.
De afspeeltijd voor een
overgebrachte track wijkt
af van de tijd die op de
computermonitor wordt
aangegeven.
U kunt geen
audiogegevens van uw
computer overbrengen
die de resterende
opnametijd op de schijf
opvullen.
Op de computer wordt
een ander schijfformaat
aangegeven dan op de
schijf.
U kunt de recorder niet
bedienen ("PC – –MD"
verschijnt).
86
Oorzaak/oplossing
• De speciale USB-kabel is niet goed aangesloten.
, Zorg dat de speciale USB-kabel stevig op de recorder en de
computer is aangesloten.
• Er wordt een USB-hub gebruikt.
, Sluit de speciale USB-kabel direct aan op de USB-poort van
de computer.
• De netwerkcommunicatie kan niet plaatsvinden.
, Koppel de speciale USB-kabel los, wacht minstens twee
seconden en sluit de kabel weer aan. Wordt de recorder nog
altijd niet herkend, verwijder dan de speciale USB-kabel,
start de computer opnieuw op, en sluit vervolgens de speciale
USB-kabel opnieuw aan.
• Er wordt een USB-hub gebruikt.
, Sluit de speciale USB-kabel direct aan op de USB-poort van
de computer.
• U gebruikt de recorder op een plaats waar trillingen plaatsvinden.
, Zet de recorder op een plaats waar geen trillingen plaatsvinden.
• De SonicStage- of MD Simple Burner-software is actief.
, Sluit de SonicStage- of MD Simple Burner-software.
• Er is een standaardschijf geplaatst.
, Plaats een schijf in de Hi-MD-modus. Alleen schijven in de
Hi-MD-modus kunnen worden gebruikt als opslagmedium.
Dit komt door een verschil in berekening tussen de recorder en de
computer.
• De minimale opnametijd op een schijf is gewoonlijk 2 seconden
in stereo, 4 seconden in LP2-stereo en 8 seconden in LP4-stereo.
Als u een track van de computer overbrengt, heeft de recorder een
ruimte van 2 seconden (of 4 of 8 seconden) nodig voor een track,
ook al duurt de track korter dan 2 seconden (of 4 of 8 seconden).
Ook voegt de recorder tijdens het overbrengen een pauze van
2 seconden (of 4 of 8 seconden) in tussen tracks. Daarom is
6 seconden extra (of 12 of 24 seconden) nodig voor elke track.
De maximale opnametijd voor check-outprocedures wordt
daardoor bekort met 6 seconden (of 12 of 24 seconden) (alleen in
de MD-modus).
• Het verschil wordt veroorzaakt door het feit dat het schijfformaat
op de computer volgens het binaire stelsel wordt aangegeven en
op de schijf en andere opnamemedia volgens het decimale stelsel.
Zie pagina 75 voor meer informatie over het schijfformaat.
• U kunt de recorder niet bedienen terwijl deze is aangesloten op de
computer.