Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Motorcontrole; S.a.f.e. Motorsysteem; Oververhitting Van De Motor - BRP 15 HO Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

S.A.F.E. MOTORSYSTEEM

Deze buitenboordmotor is uitgerust met S.A.F.E.
(Speed Adjusting Failsafe Electronics).
S.A.F.E. is een motorbewakingssysteem dat wordt
geregeld door de EMM (Engine Management Mo-
dule). De EMM volgt de motorsensoren op. Als zich
een situatie voordoet met gevaar op permanente
motorschade, beperkt de EMM het motortoerental
tot 1.200 tpm.
Als de motor in de S.A.F.E.-modus staat, zal de bui-
tenboordmotor voelbaar schokken als hij wordt op-
gevoerd tot meer dan 1.200 tpm.
Voor extra beveiliging in zware gebruiksomstandig-
heden zal de EMM de motor UITschakelen.
A WAARSCHUWING
In de S.A.F.E.-modus, wordt het motortoeren-
tal beperkt. In bepaalde omstandigheden kan
de beperkte motorsnelheid leiden tot een ver-
minderde manoeuvreerbaarheid van uw boot.
Indien de S.A.F.E.-modus is geactiveerd en u
het probleem niet kunt oplossen, vraag dan
om bijstand en/of keer terug naar de haven. Er
is kans op ernstige motorschade, motoronder-
breking, en/of beperkte manoeuvreerbaarheid.
De EMM activeert de S.A.F.E.-modus in de volgen-
de gevallen:
• Waarschuwing NO OIL, wijst op een bijna lege
olietank. Zie De olietank vullen en HET OLIE-
SYSTEEM VULLEN op pagina 20.
• Waarschuwing OVERHEAT, wijst op een over-
verhitte motor of EMM. Zie OVERVERHITTING
VAN DE MOTOR op pagina 43.
• Waarschuwing FAULT, wijst erop dat er een pro-
bleem bestaat. De EMM heeft een probleem met
de buitenboordmotor vastgesteld. Vraag om bij-
stand en/of keer onmiddellijk terug naar de ha-
ven. Raadpleeg uw dealer.

MOTORCONTROLE

OVERVERHITTING VAN DE MOTOR

starten - zonder watertoevoer. Zie DOORSPOE-
LEN op pagina 54.
Wanneer de buitenboordmotor draait, moeten de
waterinlaten zich constant helemaal onder water
bevinden en niet verstopt zijn. Houd u aan de juiste
spiegelhoogte en tilthoek. Als de buitenboordmotor
draait, moet er een constante waterstraal uit de wa-
terpompcontroleslang van de buitenboordmotor ko-
men. Controleer de slang geregeld, vooral wanneer
u vaart in water met veel wier, modder of afval en
bij extreme trimhoeken.
1. Waterinlaatzeven
2. Waterpompindicator
Als de motor oververhit raakt, zal de S.A.F.E.
(Speed Adjusting Failsafe Electronics)-modus het
toerental van de motor onmiddellijk beperken tot
1200 tpm. Als de motor sneller draaide dan
1.200 tpm wanneer de S.A.F.E.-modus werd geac-
tiveerd, zal hij voelbaar schokken. Het bescher-
mingssysteem moet worden
de motor weer werkt op toerentallen van meer dan
1.200 tpm. In bepaalde omstandigheden zal de
EMM de motor uitschakelen.
Het systeem RESETTEN na oververhitting:
• De motor moet worden afgezet en de koeltempe-
ALS
waterstraal uit de waterpompcontroleslang stag-
neert of niet constant loopt, neem dan gas terug tot
stationair en:
1) Schakel naar VRIJLOOP.
2) ZET de motor AF.
Laat uw buitenboordmotor niet
MERK OP
draaien - zelfs niet om even te
1
ratuur hersteld.
de S.A.F.E.-modus wordt geactiveerd en de
2
007031
GERESET
voordat
43

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

2530E15dE15hE25dE25t ... Toon alles

Inhoudsopgave