Inhoudsopgave
Advertenties
KOPIEERUITVOER
Configureer de uitvoerinstellingen voor kopieën met Sorteren, Groep, Staffel, Nieten, Perforeren of Vouwen.
Basisbewerkingen
1
Selecteer [Uitvoer]
Instellingen uitvoerlade
Instellingen uitvoerlade
Geef de bestemming van uitgevoerde kopieën op.
De huidige geselecteerde uitvoerlade wordt aangegeven met een
pijl.
(Als een finisher (voor het nieten van 100 vellen) of nietfinisher
(voor het nieten van 100 vellen) is geïnstalleerd)
De toets [Middelste lade] kan worden geselecteerd.
Hiermee wordt uitgevoerd naar de offset-lade
Hiermee wordt uitgevoerd naar de rechterlade
Als de offset-, nietsorteer-, zadelsteek-,
vouw- of perforatiefunctie is opgegeven, is de
rechterlade niet beschikbaar.
2
Stel uitvoerinstellingen voor
kopiëren in
1 Geef de uitvoerlade op
2 Selecteer de uitvoer en het type uitvoerpapier
3 Geef de details van de uitvoermodus op
Functie Sorteren/Groeperen
Met deze functie wordt de sorteermethode ingesteld bij het
kopiëren van een gescand origineel.
(Als een finisher of nietfinisher is geïnstalleerd)
Selecteer deze functie als u kopieën per set verschoven wilt
uitvoeren.
Als de nietfunctie wordt geselecteerd, wordt het vinkje bij Offset
automatisch verwijderd.
3
Controleer de voorbeeldafbeelding
Hiermee wordt het gescande origineel per set
gesorteerd en uitgevoerd
Hiermee wordt het gescande origineel per
pagina gesorteerd en uitgevoerd.
Offsetfunctie
4
Start
(zwart-wit of kleur)
Nietsorteren
(Als een finisher of nietfinisher is geïnstalleerd)
Met deze functie worden uitgevoerde kopieën geniet en naar de
lade uitgevoerd.
1 nietje in de achterkant
1 nietje in de voorkant
2 nietjes
Kopieën kunnen in het midden worden
gevouwen, geniet en uitgevoerd.
Deze functie is alleen beschikbaar als een
nietfinisher is geïnstalleerd.
18
Advertenties
Inhoudsopgave
