Netspanningsnoer
bescherming – Leidt het snoer
op een dusdanige manier dat er
niet op gelopen kan worden of
beklemd raakt door voorwerpen
die erop worden geplaatst, en
let daarbij speciaal op de
stekkers, stopcontacten en het
punt waar het snoer uit het
apparaat komt.
ANTENNE'S
Antenne buitenshuis aarden– Indien er buitenshuis een antenne- of
kabel systeem is geïnstalleerd moet u de onderstaande
voorzorgsmaatregelen volgen.
Een buitenantenne systeem mag niet in de buurt van bovengrondse
elektriciteitskabels of andere elektrische licht- of stroomvoorzieningen
worden geïnstalleerd, of daar waar deze hiermee in contact kan komen.
BIJ HET INSTALLEREN VAN EEN BUITENANTENNE SYSTEEM
MOET EXTREME VOORZICHTIGHEID WORDEN GEBRUIKT OM
TE VOORKOMEN DAT MEN IN AANRAKING KOMT MET ZULKE
STROOMKABELS OF–VOORZIENINGEN AANGEZIEN CONTACT
HIERMEE BIJNA ALTIJD DODELIJK AFLOOPT.
Zorg ervoor dat het antennesysteem geaard is zodat er enige bescherming
is tegen spanningspieken en opgebouwde statische ladingen. Sectie 810
van de National Electrical Code geeft informatie over de uiste aarding van
de antennemast en ondersteuning, het aarden van de draagconstructie,
de aarding van de antennehoofddraad naar een anttenne-aarding, de
afmetingen van de aarrding, aansluiten op de aardelektrodes, en de juiste
benodigdheden voor de aardelektrodes.
ONDERHOUD
Schade die reparatie vereist –
Koppel het apparaat los van het
stopcontact en biedt het aan ter
reparatie aan gekwalificeerd
onderhoudspersoneel indien:
- Het netspanningsnoer of de
stekker kapot of versleten is.
- Er vloeistof of een ander voorwerp
in het apparaat terecht is gekomen.
- Het apparaat is blootgesteld aan
regen of
Bliksem – Voor aanvullende bescherming van
het apparaat tijdens onweer, of wanneer het
apparaat langere tijd onbeheerd en ongebruikt
blijft dient u de stekker uit het stopcontact te
trekken en de antenne of de kabel af te
koppelen. Dit voorkomt schade aan het
apparaat en het snoer of de kabel t.g.v.
blikseminslag.
Schoonmaken – Koppel het apparaat los van
het stopcontact voor u het schoonmaakt of
poetst. Gebruik geen vloeibare
schoonmaakmiddelen of middelen in een
spuitbus. Gebruik een lic
ht vochtige doek om
de buitenkant van het apparaat schoon te
maken. Maak het apparaat alleen volgens de
aanwijzingen.
- Het apparaat niet goed lijkt te werken
of er een duidelijke verandering in de
werking ervan optreedt. – Dit duidt op
de behoefte aan onderhoud.
- Indien het apparaat niet normaal werkt als de
instructies worden gevolgd, stel dan alleen die
controles in die in de gebruiksaanwijzing worden
aangegeven. Het fout instellen van andere
controles kunnen tot schade leiden en vereisen
vaak uitgebreide werkzaamheden van een
gekwalificeerde technicus om het apparaat weer
in orde te krijgen.
- Als het apparaat blootgesteld is aan
zware schokken door bijvoorbeeld te
vallen, of de behuizing is beschadigd.
Voorwerpen en vloeistoffen – Duw nooit
voorwerpen door de openingen in het
apparaat omdat deze gevaarlijke
spanningspunten kunnen raken of
kortsluiting kunnen veroorzaken waardoor
er brand of een elektrische schok kan
ontstaan. Knoei nooit op het apparaat met
welke vloeistof dan ooit.
Antenne-aarding volgens de National Electrical code
Aardeklem
Elektrische
onderhoudsdelen
A
A ardpin electrodesysteem
(NEC Art 250 Part H)
NEC- NATIONAL ELECTRICAL CODE
Onderhoud – Probeer het apparaat niet
ardeklemmen
zelf te onderhouden aangezien het
openen of verwijderen van de behuizing
u bloot kan stellen aan gevaarlijke
elektrische spanning of andere
gevaren. Laat alle
onderhoudswerkzaamheden over aan
gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
Vervangingsonderdelen – Indien er onderdelen
moeten worden vervangen controleer dan of de
onderhoudstechnicus specifieke onderdelen
heeft gebruikt die dezelfde eigenschappen
hebben als de originele onderdelen.
Ongeautoriseerde vervangingen kunnen leiden
tot brand,elektrische schokken of andere gevaren.
Veiligheidscontrole – Vraag bij elke onderhoudsbeurt
of reparatie aan het apparaat aan de technicus om
een (gespecificeerde) routinematige
veiligheidscontrole uit te voeren om te bepalen of
het apparaat veilig gebruikt kan worden
A
A
A
ntenne hoofddraad
ntenne-aarding
(NEC Section 810-20)
ardeconductors
(NEC Section 810-21)