Inhoudsopgave
Advertenties
Apparaten uitpakken en monteren
4.2 Applicator aan de printer monteren
► Zorg ervoor dat de printer ontkoppeld is van het elektri-
citeitsnet.
► Zorg ervoor dat de printer stabiel staat.
► Schakel de perslucht pas in als de montage van de ap-
plicator is voltooid.
6
Afbeelding 4.2 Applicator monteren
► Plaats de vangstiften (1) aan de achterkant van de appli-
cator in de boorgaten (4) van de printer.
► Druk de applicator tegen de printer.
De connector (2) van de applicator wordt op de aansluiting
voor randapparatuur (5) van de printer gestoken.
► Draai de kartelschroef (6) vast om de applicator vast te
zetten.
► Sluit de persluchtvoorziening aan op aansluiting (3).
14
1
2
5
4.3 Apparaten aansluiten
De interfaces en aansluitingen worden in de beschrijvingen
van de individuele componenten weergegeven.
Etiketteersysteem op het elektriciteitsnet aansluiten
► Zorg ervoor dat de etikettenprinter is uitgeschakeld.
► Steek het netsnoer in de netaansluitbus (23, Afbeelding
3.4).
► Steek de stekker van het netsnoer in een geaard stop-
contact.
Computer of computernetwerk aansluiten
3
Door incorrecte of verkeerde aarding kunnen sto-
ringen in de werking optreden.
► Let erop dat alle op de etikettenprinter aangesloten
computers en verbindingskabels gaard zijn.
► Etikettenprinter met computer of netwerk verbinden met
een geschikte kabel.
4
4.4 Systeem inschakelen
Voorwaarden: alle elektrische aansluitingen op de printer
en de persluchtaansluiting aan de applicator moeten tot
stand zijn gebracht.
► Schakel de printer in met de netschakelaar (22, Afbeel-
ding 3.4).
De printer doorloopt een systeemtest en geeft aansluitend
op het display (9, Afbeelding 3.2) de systeemtoestand Ge-
reed weer. De applicator gaat naar de uitgangspositie, de
stempel bevindt zich boven in de overnamepositie voor wat
door de printer wordt afgedrukt.
LET OP
2908260000/00/09.2022
Advertenties
Inhoudsopgave
