Installatie en bedrading van weerstanden
Alle remweerstanden moeten worden geïnstalleerd op een plaats waar ze kunnen
afkoelen.
WAARSCHUWING! De materialen nabij de remweerstand mogen niet brandbaar
zijn. De oppervlaktetemperatuur van de weerstand is hoog. De luchtstroom
afkomstig van de weerstand is honderden graden Celsius. Beveilig de weerstand
tegen aanraking.
Gebruik een afgeschermde kabel met de geleiderafmetingen zoals gespecifieerd in
de sectie
Vermogenskabels: grootte van de aansluitklemmen, maximum
kabeldiameters en aandraaimomenten.
van de remweerstandaansluiting, zie
alternatief kan er een afgeschermde kabel met twee geleiders, met dezelfde
doorsnede, gebruikt worden. De maximum lengte van de weerstandskabel(s) is 5 m
(16 ft). Voor de aansluitingen, zie het vermogensaansluitschema van de omvormer
op pagina 40.
Verplichte circuit-beveiliging
De volgende setup is essenteel voor de veiligheid – het onderbreekt de
hoofdvoeding in foutsituaties met chopper-kortsluiting:
• Voorzie de omvormer van een hoofdmagneetschakelaar.
• Sluit de hoofdmagneetschakelaar zo aan dat hij open gaat als de thermische
schakelaar van de weerstand open gaat (een oververhitte weerstand opent de
schakelaar).
Hieronder volgt een eenvoudig voorbeeld van een bedradingsschema.
Zekeringen
ACS350
Parameter set-up
Om weerstandsremmen mogelijk te maken: schakel de overspanningsregeling van
de omvormer uit door parameter
Remweerstand-aansluiting
L1 L2 L3
1
3
5
K1
2
4
6
U1 V1 W1
2005
in te stellen op 0 (BLOKKEREN).
op pagina 309. Voor de kortsluitbeveiliging
Thermische schakelaar van de
Q
weerstand
319
op pagina 311. Als
Technische gegevens