Zuigstanden
Uw apparaat beschikt over
twee zuigstanden die u,
afhankelijk van de toepassing,
kunt kiezen met de toets voor
de zuigstandinstelling. Hierna
volgt een korte beschrijving
van de zuigstanden.
Zuigstand 1
lage zuigstand – voor
zacht en energiebesparend zuigen op
kwetsbare oppervlakken en/of bij ge-
ringe vervuiling. Bij gebruik van de lage
zuigstand beschikt het apparaat over
een langere looptijd per acculading.
Zuigstand 1–
lage zuigstand
18
Zuigstand 2
krachtig zuigen bij sterke vervuiling.
• Als u het apparaat met de aan-/
uitknop (J) aanzet, is automatisch
zuigstand 1 actief.
• Druk op de toets voor de zuig-
standinstelling (D) om zuigstand 2 te
activeren.
• Druk nogmaals op de toets voor de
zuigstandinstelling (D) om weer naar
zuigstand 1 te gaan.
De zuigstandweergave (C) duidt aan of
de hoge of lade zuigstand geactiveerd
is.
Zuigstandweergave
hoge zuigstand – voor
Zuigstand 2 –
hoge zuigstand