SC-P5300 Series
Gebruikershandleiding
De positie van de afdruk op het
afdrukmateriaal is niet juist
Hebt u het afdrukgebied opgegeven?
o
Controleer het afdrukgebied in de instellingen van
de toepassing en de printer.
Is de juiste optie geselecteerd bij Page Size
o
(Paginaformaat)?
Als de optie die bij Rolbreedte of Paper Size (Pa‐
pierformaat) in het printerstuurprogramma is gese‐
lecteerd niet past bij het in de printer geladen pa‐
pier, staat de afdruk mogelijk niet in de juiste stand
of worden sommige gegevens buiten het papier
afgedrukt. Controleer in dat geval de afdrukinstellin‐
gen.
Is het papier scheef geladen?
o
Als Uit is geselecteerd bij Scheef Papier Gedetec‐
teerd in het menu Printerinstellingen, gaat het af‐
drukken door ook als het papier scheef ligt, waar‐
door gegevens buiten het papier worden afgedrukt.
Selecteer Aan bij Scheef Papier Gedetecteerd in
het menu Printerinstellingen.
"Algemene instellingen" op pagina 117
U
Past de afdruk binnen de papierbreedte?
o
Onder normale omstandigheden stopt het afdruk‐
ken weliswaar als het afdrukbeeld breder is dan het
papier, maar de printer kan buiten de randen van
het papier afdrukken als Uit is geselecteerd bij Con‐
trole Papierform. in het mneu Printerinstellingen.
Wijzig de instelling in Aan.
"Papierinstelling" op pagina 107
U
Zijn de instellingen voor Bovenmarge te
o
kort?
Als de marge-instellingen in de toepassing kleiner
zijn dan de waarden die zijn ingesteld bij Boven‐
marge, krijgen de waarden die zijn ingesteld voor
Bovenmarge prioriteit. Als in het printermenu Pa‐
pierinstelling voor de linker- en rechtermarge bij‐
voorbeeld 15 mm is geselecteerd en u gegevens
afdrukt die in een toepassing zijn gemaakt met de
instelling Aanpassen aan papierformaat, worden de
15 mm aan de linker- en rechterkant van de pagina
niet afgedrukt.
"Afdrukgebied" op pagina 59
U
Problemen oplossen
Verticale lijnen worden niet mooi
uitgelijnd
Is de printkop niet goed uitgelijnd?
o
(bij afdrukken in twee richtingen
(bidirectioneel))
Bij afdrukken in twee richtingen drukt de printkop
af tijdens de beweging naar rechts en naar links. Als
de printkop niet goed is uitgelijnd, worden rechte
lijnen mogelijk niet mooi recht. Als verticale lijnen
niet goed worden uitgelijnd bij afdrukken in twee
richtingen (bidirectioneel), voer dan Printkop uitlij‐
nen uit.
"Printkop uitlijnen" op pagina 50
U
De bedrukte zijde is stroef of
vlekkerig
Is het papier te dik of te dun?
o
Controleer of de specificaties van het papier ge‐
schikt zijn voor deze printer.
"Ondersteund afdrukmateriaal" op pagina 159
U
Voor informatie over het afdrukmateriaal en de juis‐
te instellingen voor afdrukken op papier van ande‐
re fabrikanten of bij gebruik van RIP-software raad‐
pleegt u de documentatie voor het papier of neemt
u contact op met de leverancier van het papier of de
fabrikant van het RIP-systeem.
Is het papier gerimpeld of gekreukt?
o
Gebruik geen oud papier of papier waarin kreukels
zitten. Gebruik altijd nieuw papier.
Is het papier gegolfd of gekruld?
o
Als het papier gaat golven of opkrullen onder in‐
vloed van veranderingen in temperatuur of vochtig‐
heid, kan dit slijtplekken vertonen.
Controleer de volgende punten.
❏
Laad het papier net voordat u met afdrukken
begint.
❏
Gebruik geen gegolfd of verkreukeld papier.
Snijd bij rolpapier delen af die gegolfd of
opgekruld zijn en laad het papier opnieuw.
Vervang gegolfde of opgekrulde vellen papier
door nieuwe vellen.
147