50 UREN - WEKELIJKS ONDERHOUD OF OM DE 50 WERKUREN
CONTROLEREN
Bij het vervangen van de riem, de spanning opnieuw controleren na de eerste 20 bedrijfsuren.
- De motorkap openen.
- De staat van de riem op slijtagesporen of barstjes controleren en de riem zo nodig
vervangen ( 3 ONDERHOUD: FILTERELEMENTEN EN DRIJFRIEMEN).
- De spanning tussen de riemschijven van de krukas en de dynamo controleren.
- Indien men er met de duim op drukt (45 N), moet de uitslag ongeveer 10 mm
bedragen.
- Zo nodig bijstellen.
- De schroeven 1 twee of drie slagen losdraaien.
- De dynamo in zijn geheel draaien totdat men de juiste riemspanning heeft verkregen.
- De schroeven 1 weer aandraaien (aandraaikoppel 22 N.m).
CONTROLEREN
De heftruck op een horizontaal stuk grond zetten en de motor uitzetten.
- Controleer visueel of er geen olie doorsijpelt of olie lekt aan de diverse vuldoppen,
peilstokken en of de aftapopeningen.
- Bij een lek of bij doorsijpeling, het niveau controleren.
- De peildop 1 verwijderen, de olie moet tot aan de opening staan.
- Zo nodig olie bijvullen ( SMEERMIDDELEN EN BRANDSTOF) via dezelfde opening.
- De peildop 1 terugplaatsen en aandraaien (aandraaikoppel 34 tot 49 N.m).
CONTROLEREN
CONTROLEREN
Controleren of de luchtslang goed is aangesloten op de nippel van de band voordat men de band opblaast en ervoor zorgen dat niemand tijdens deze handeling in de
- De staat van de banden controleren op sneden, bobbeltjes, slijtage enz.
- Controleren of de moeren van de wielen naar behoren zijn aangedraaid. Zo niet zouden de bouten van de wielen kunnen
worden beschadigd en breken en kunnen de wielen worden vervormd.
- De druk van de banden controleren en zo nodig op de juiste waarde brengen ( 2 - BESCHRIJVING: BANDEN).
OPMERKING: OPTIONEEL is een kit wielgereedschap beschikbaar.
CONTROLEREN
CONTROLEREN
De heftruck op een horizontaal stuk grond zetten en de motor uitzetten.
- Controleer visueel of er geen olie doorsijpelt of olie lekt aan de diverse vuldoppen,
peilstokken en of de aftapopeningen.
- Bij een lek of bij doorsijpeling, het niveau controleren.
- De peildop 1 verwijderen, de olie moet tot aan de opening staan.
- Vul indien nodig olie bij ( SMEERMIDDELEN EN BRANDSTOF) via de vulopening 2.
- De peildop 1 terugplaatsen en aandraaien (aandraaikoppel 34 tot 49 N.m).
Spanning van de riem alternator/ventilator/krukas
BELANGRIJK
Aandraaiing van de moeren van de wielen
BELANGRIJK
buurt kan komen. De aanbevolen banddruk in acht nemen.
Dichtheid differentieel vooras
Dichtheid differentieel achteras
3 - 14
Oliepeil verdeelbak
Bandenspanning
1
2
1
1
1