Foto's
Raadpleeg dit hoofdstuk voor meer informatie over het maken van
foto's – van het vastleggen en weergeven van foto's tot het afdrukken
hiervan.
Elementaire opnamefuncties
Foto's maken
1
Zet het camerakeuzewiel op
.
2
Schakel de camcorder in.
U kunt kiezen welk
/
geheugen wordt gebruikt voor het
maken van foto's
3
PHOTO
Druk
half in.
Zodra automatisch scherp is gesteld,
verandert
in een groene kleur en
verschijnen er een of meer AF-
kaders.
(
21)
of
(
28).
4
PHOTO
Druk
volledig in.
De ACCESS-indicator zal tijdens het
maken van de foto knipperen.
BELANGRIJK
Neem de onderstaande voorschriften in
ACCESS
acht wanneer de
brandt of knippert. U kunt uw gegevens
anders voorgoed kwijtraken.
- Open de afdekking van de
geheugenkaartsleuf niet.
- Verwijder de stroombron niet en zet de
camcorder niet uit.
- Wijzig de bedieningsmodus niet.
OPMERKINGEN
Als het onderwerp niet geschikt is voor
automatische scherpstelling, verandert
in een gele kleur. Stel dan handmatig
scherp
(
47).
De grootte en kwaliteit van foto's
selecteren
Foto's worden gemaakt als JPG-
bestanden. Als vuistregel geldt:
selecteer een grotere fotogrootte voor
een hogere kwaliteit.
Opties
In de volgende tabel ziet u de opties
voor de fotogroottes en bij benadering
het aantal foto's dat kan worden
gemaakt op geheugenkaarten van
diverse grootte.
-indicator
(
21)
55