• Vooral bij het opstellen van het apparaat in natte
omgevingen, zoals spoelkeukens, zwembaden en
dergelijke, het apparaat in de gebouwinstallatie
volgens de voorschriften afzekeren met een
geschikte aardlekschakelaar (RCD = Residual
Current protective Device).
• Zorg dat verlengsnoeren volledig zijn uit-/afgerold.
Opmerkingen m.b.t. de
ontvochtigingscapaciteit
De ontvochtigingscapaciteit is afhankelijk van:
• de aard van de ruimte
• de ruimtetemperatuur
• de relatieve luchtvochtigheid
Hoe hoger de ruimtetemperatuur en de relatieve
luchtvochtigheid,
ontvochtigingscapaciteit.
Bij
gebruik
in
woonruimten
luchtvochtigheid van ca. 50-60 %. In magazijnen en
archieven mag de luchtvochtigheid een waarde van
ca. 50 % niet overschrijden.
NL
hoe
groter
volstaat
Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 120 E / TTK 122 E
Bedieningselementen
Nr.
Bedieningselement
8
Weergave van temperatuur
9
Weergave normaal bedrijf:
brandt als het normaal bedrijf is geactiveerd.
10
Weergave continubedrijf:
brandt als het continubedrijf is geactiveerd.
11
weergave automatische ontdooiing:
de
brandt als de automatische ontdooiing wordt uitgevoerd (bij
apparaten met heetgasinleiding (TTK 122 E)).
12
Wergave condensreservoir vol:
een
Brandt als het condensreservoir vol is.
13
Weergave van luchtvochtigheid
14
Toets voor weergave van de gemeten waarden voor
luchtvochtigheid, resp. temperatuur op het display
15
Toets voor het verlagen van de waarde voor de gewenste
luchtvochtigheid (in 5 %-stappen), resp. temperatuur
16
Toets voor het verhogen van de waarde voor de gewenste
luchtvochtigheid (in 5 %-stappen), resp. temperatuur
17
Toets voor het kiezen van de bedrijfsmodus; activeert
normaal bedrijf of continubedrijf.
18
Netschakelaar; schakelt het apparaat aan of uit in de
stand-by-modus. In de stand-by-modus verschijnt op het
display de volgende weergave: -- --.
8
9
10
11
12
13
18 17 16 15 14
8