8
Plaats papier in de papiersteun.
9
Er verschijnen vragen op de display. Gebruik de knoppen op het
bedieningspaneel om de vragen te beantwoorden:
a
Als u een nieuwe kleureninktcartridge (nooit eerder gebruikt) hebt
geïnstalleerd, drukt u op Selectie.
Hebt u een oude cartridge geïnstalleerd, dan drukt u één keer op de
rechterpijl. Vervolgens drukt u op Selectie.
b
Als het weergegeven artikelnummer, het nummer van de gebruikte
cartridge is, drukt u op Selectie.
Is het niet het nummer van de gebruikte cartridge, dan drukt u op de
rechterpijl totdat het juiste artikelnummer verschijnt. Vervolgens drukt u
op Selectie.
c
Als u een nieuwe zwarte-inktcartridge hebt geïnstalleerd, drukt u op
Selectie.
Hebt u een oude cartridge geïnstalleerd, dan drukt u één keer op de
rechterpijl. Vervolgens drukt u op Selectie.
Het weergegeven artikelnummer moet het nummer van de gebruikte
cartridge zijn.
d
Druk op Selectie.
Ga door met "Inktcartridges uitlijnen" voor een juiste installatie.
42