wijzigt/reset. Als u op eender welke knop
drukt, knippert het indicatielampje
te geven dat de knoppen uitgeschakeld zijn.
7.10 Droogtijd
Wanneer de droogmodus is geactiveerd,
drukt u op deze toets om de tijd in te stellen
die past bij de stoffen die je moet drogen (zie
de tabel "Getimed drogen"). Het display toont
de ingestelde waarde.
Telkens als je op deze toets drukt, wordt de
tijdswaarde met 5 minuten verlengd.
Je kunt niet alle tijdwaarden instellen
voor verschillende soorten stoffen.
7.11 Droogtegraad
Als de droogmodus is geactiveerd, raak je
deze toets aan om een van de automatische
droogteniveaus in te stellen die door het
apparaat worden voorgesteld.
Op het display gaat de relevante
droogindicator branden:
•
Strijkdroog: wasgoed dat moet
worden gestreken.
•
Kastdroog: wasgoed dat moet worden
weggeborgen.
24
NEDERLANDS
•
Extra droog: wasgoed dat volledig
om aan
gedroogd moet worden.
Je kunt niet alle automatische niveaus
voor alle stofsoorten instellen.
7.12 Startuitstel
Met deze optie kunt u het starten van een
programma uitstellen naar een handiger
tijdstip.
Druk herhaaldelijk op de knop om de
gewenste uitsteltijd in te stellen. De tijd loopt
op in stappen van 1 uur tot 20 uren.
De overeenkomstige aanduiding boven de
aanraakknoppen brandt.
Op het display verschijnt de geselecteerde
uitsteltijd. Na het aanraken van de toets Start/
Pauze
wordt de deur vergrendeld.
7.13 Start/Pauze
Raak toets Start/Pauze
apparaat te starten, te pauzeren of het
draaiende programma te onderbreken.
begint het apparaat af te tellen en
aan om het