Installatie en setup van RS...
7.3.13 Proceswoorden (PCD)
Het blok proceswoorden is verdeeld in twee blokken van
16 bits, die altijd in de gegeven volgorde voorkomen.
PCD 1
Stuurtelegram (master ⇒ slave) Stuurwoord
Stuurtelegram (slave ⇒ master) Statuswoord
7.4 Toegang krijgen tot parameters
7.4.1 Parameterafhandeling
Het PNU (parameternummer) wordt vertaald vanuit het
registeradres dat is opgenomen in het Modbus schrijf- of
leesbericht. Het parameternummer wordt naar Modbus
vertaald als (10 x parameternummer) DECIMAAL.
7.4.2 Dataopslag
Spoel 65 decimaal bepaalt of data die naar de eenheid
weggeschreven wordt, wordt opgeslagen in EEPROM en
RAM (spoel 65 = 1) of enkel in RAM (spoel 65 = 0).
7.4.3 IND
De arrayindex wordt ingesteld in register 9 en wordt
gebruikt om toegang te krijgen tot arrayparameters.
7.4.4 Tekstblokken
Parameters die als een tekstreeks zijn opgeslagen, kunnen
op dezelfde manier worden benaderd als andere
parameters. De maximumgrootte van tekstblokken is 20
tekens. Als een leesverzoek voor een parameter om meer
tekens vraagt dan in de parameter zijn opgeslagen, wordt
het antwoord afgekapt. Als het leesverzoek voor een
parameter om minder tekens vraagt dan in de parameter
zijn opgeslagen, wordt de ruimte in het antwoord
helemaal gevuld.
7.4.5 Conversiefactor
De verschillende attributen van elke parameter zijn te
vinden in de sectie over fabrieksinstellingen. Omdat een
parameterwaarde alleen als een geheel getal kan worden
overgebracht, moet er een conversiefactor worden
gebruikt om decimalen over te brengen. Zie de sectie
Parameters.
7.4.6 Parameterwaarden
Standaard datatypen
VLT Active Filter AAF 00x
PCD 2
Referentiewaarde
Actuele uitgangs-
frequentie
®
MG.90.V2.10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Standaard datatypen zijn int16, int32, uint8, uint16 en
uint32. Deze worden opgeslagen als 4x-registers
(40001-4FFFF). De parameters worden gelezen met behulp
van de functie 03HEX 'Registers lezen'. Parameters worden
geschreven met behulp van de functie 6HEX 'Eén register
schrijven' voor 1 register (16 bits) en de functie 10HEX
'Meerdere registers schrijven' voor 2 registers (32 bits).
Leesbare groottes variëren van 1 register (16 bits) tot 10
registers (20 tekens).
Niet-standaard datatypen
Niet-standaard datatypen zijn tekstreeksen en worden
opgeslagen als 4x-registers (40001-4FFFF). De parameters
worden gelezen met behulp van functie 03HEX 'Registers
lezen' en geschreven met behulp van functie 10HEX
'Meerdere registers lezen'. Leesbare groottes variëren van 1
register (2 tekens) tot 10 registers (20 tekens).
7
7
79