A-151EV003
5.3
BEDIENINGSORGANEN
5.3.1
Bedieningskast
Alle functies van de hoogwerker worden bediend met
behulp van een op het platform aangebrachte bedie-
ningskast.
De bediening mag uitsluitend worden uitgevoerd door
personen die zich op het platform bevinden.
De bovenzijde van de bedieningskast is uitgevoerd met
een paneel met bedieningsknoppen en bijbehorende sym-
bolen (Afb. 12).
Op de ventielkast bevindt zich tevens een aansluiting
voor de stekker van de bedieningskast.
Deze mag alleen gebruikt worden in geval van trans-
port en onderhouds-/reparatiewerkzaamheden.
1. Noodstopknop
2. Rijden achteruit
3. Rijden vooruit
4. Sturen rechts
5. Sturen links
6. Rijsnelheid
5.3.2
Hoofdschakelaar
De hoofdschakelaar schakelt de spanning van de
hoogwerker in en uit.
5.3.3
Hulpschakelaar heffen/dalen
In de ventielkast is op de elektrische installatie een
hulpschakelaar met een automatische nulstand
(Afb. 12-1) aangebracht voor heffen en dalen.
Deze schakelaar kan gebruikt worden bij onderhouds-
werkzaamheden en in noodgevallen.
22-1-2008
7.
Claxon
8.
Dalen
9.
Sperren
10.
Heffen
11.
Platform uitschuiven
12.
Platform inschuiven
Afb. 11 Bedieningskast
Afb. 12 Hulpschakelaar heffen/dalen
1. Hulpschakelaar
162
166
Blz. 23