Instructies Voor de Installateur
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor letsel aan personen of
schade aan zaken als gevolg van het niet opvolgen van de bovenstaande
voorschriften of als gevolg van werkzaamheden op ook een enkel deel van het
apparaat of door het gebruik van niet-originele vervangingsonderdelen.
2. Installatie en inbedrijfstelling
Verwijder de polystyrol korfblokkeringen. Plaats het apparaat op de daarvoor
bestemde. De vaatwasser kan met de zijkanten of de achterkant tegen
meubels of wanden worden geplaatst. Als de vaatwasser naast een
warmtebron wordt geplaatst moet een warmteïsolerende wand worden
geplaatst om oververhitting en een slechte werking te voorkomen. Voor de
stabilteit moeten de inbouwapparaten voor onderbouw of integratie
uitsluitend onder ononderbroken werkbladen worden geplaatst en aan de
ernaast geplaatste meubels worden vastgeschroefd. Om de inbouw te
vergemakkelijken kunnen de toevoer- en afvoerslangen in alle richtingen
worden gedraaid; zorg ervoor dat ze niet worden geknikt of afgeklemd en dat
ze niet te strak gespannen komen te staan. Zorg ervoor dat u de borgring
aandraait nadat u de buizen in de gewenste richting heeft gedraaid. Voor de
passage van de buizen en de voedingskabel is een gat nodig van minimaal
Ø 8 cm.
Zet het apparaat waterpas op de grond met behulp van de regelbare voetjes.
Dit is vereist voor de correcte werking van de vaatwasser.
5