9.1
Een bestemming registreren
9
Een bestemming registreren
9.1
Een bestemming registreren
Een faxadres registreren
1
Tik op [Toepassing] - [Toepassing] - [Adresregistratie] - [Adresboek] - [Nieuwe registratie].
2
Kies in [Bestemming selecteren] voor [Fax].
3
Voer de bestemmingsinformatie in.
Instelling
[Nr.]
[Naam]
[Index]
[Bestemming]
[Faxnummer
bevestigen]
[Lijninstelling]
bizhub C360i/C300i/C250i
Beschrijving
Registratienummer van de bestemming. Selecteer [Use opening number]
om automatisch het kleinste beschikbare nummer toe te wijzen. Wanneer u
een nummer wilt opgeven, selecteert u [Directe invoer] en voert u vervolgens
een nummer in.
Voer de bestemmingsnaam (met maximaal 24 tekens) in.
Selecteer een index voor het zoeken van een bestemming met de geregis-
treerde naam.
Schakel voor een vaak gebruikte bestemming het selectievakje [Hfd.] in. De
bestemmingen worden weergegeven op het scherm voor het selecteren van
de bestemming zodat de gebruiker gemakkelijk een bestemming kan selec-
teren.
Voer het faxnummer van de bestemming in (met maximaal 38 tekens, inclu-
sief symbolen #, *, _ en de tekens T, P en E).
•
[T] of [*]: voer het faxnummer in wanneer u een pushsignaal uitgeeft in de
kieslijnmodus (terwijl [Kiesmethode] is ingesteld op [10pps] of [20pps]).
•
[P]: voer dit in als u een wachttijd tussen de kiespogingen wilt invoegen.
•
[-]: voer dit in om een kiesnummer te scheiden. Het heeft geen invloed
op het kiezen van het nummer.
•
[E-]: voer het geregistreerde buitenlijnnummer in de PBX-omgeving in.
Deze optie wordt weergegeven wanneer [PBX connectie instellen] is in-
gesteld op AAN.
Voer het faxnummer opnieuw in.
Deze optie wordt weergegeven wanneer [Functie AAN/UIT instelling] -
[Adres bevestigen (Registr.)] is ingesteld op AAN.
Als er meerdere lijnen worden gebruikt, selecteert u de lijn die wordt gebruikt
voor het verzenden van een fax.
Gebruik [Lijn 1] in algemeen gebruik. Als [Normaal] is geselecteerd, wordt
een van de lijnen die niet bezet is, gebruikt voor de verzending.
9
9-3