Inhoudsopgave
Advertenties
I
NSTALLATIE
3.6
De bedieningseenheid installeren
nl
nl-26
3.6.1 De bedieningseenheid aanbrengen
1. Bepaal de plaats van de bedieningseenheid:
-
De eenheid moet in de voorhal worden geplaatst, niet
in de vriescel.
-
Plaats de eenheid nabij het master toestel: houd daarbij
rekening met de lengte van de besturingskabel. (10 m)
-
De plaats van de eenheid moet geschikt zijn voor
gemakkelijke bediening.
2. Bevestig de bedieningseenheid aan de muur met behulp van
de ophangbeugels. De connectors moeten zich aan de
onderzijde bevinden.
Let op:
c
De behuizing van de bedieningseenheid is water-
dicht. Breng er geen gaten in aan.
3.6.2 De bedieningseenheid aansluiten op het toestel
•
Leg de besturingskabel 1, die aan de bedieningseenheid
bevestigd is, aan naar het luchtgordijn-toestel. Sluit de
kabel aan op de M8-connector 2.
Als er twee luchtgordijn-toestellen zijn
•
Sluit de bedieningseenheid op het master toestel aan vol-
gens bovenstaande beschrijving.
•
Sluit de kabel 3 die aan het master toestel bevestigd is,
aan op het slave toestel op de M8-connector 4.
Opmerking:
n
Draai elke connector goed aan, ter bescherming
tegen water en stof.
V
-
RIESHUIS
LUCHTGORDIJN
Advertenties
Inhoudsopgave
