WERKBALK
Op de werkbalk staat het startmenupictogram (waarmee
het uitgebreide startmenu wordt geopend), hetnaai-/
borduurmoduspictogram (om af te wisselen tussen de
naaimodus en de borduurmodus) en het Quick Help-
pictogram. Druk eerst op het Quick Help-pictogram
en dan op iets op het scherm waar u informatie over
wilt. Op de uitgebreide werkbalk staan Stekenmenu,
Lettertypemenu, File Manager, SET Menu en Informatie
in de naaimodus. U kunt meer lezen over deze functies in
hoofdstuk 3, Het Ultieme Interactieve Scherm.
EEN STEEK SELECTEREN
Om een steek te selecteren drukt u op betreffende steek in
het steekkeuzegebied. U kunt door de lijst met steken gaan
met de pijl onder de steken. Het nummer van de huidige
subcategorie staat naast de schuifbalk.
Om een bepaald menu te openen, drukt u op het menu
Start en dan op het pictogram van het stekenmenu op
de uitgebreide werkbalk. Er verschijnt een uitklapmenu
waarmee u uit de verschillende menu's kunt kiezen.
Sommige menu's hebben submenu's. Druk op de
toets van een menu/submenu om de steken in het
steekselectiegebied weer te geven.
Een steek laden van een andere locatie
Laad steken die u hebt opgeslagen in File Manager of
op andere plaatsen. Druk op het pictogram van de File
Manager op de uitgebreide werkbalk. Het File Manager-
venster wordt geopend. Zoek uw steek op en druk lang of
druk op OK om de steek te laden.
My Stitches - Menu U
In het menu U vindt u uw eigen steken en
steekprogramma's. Zie hoofdstuk 5 voor het opslaan van
een programma of aangepaste steek in My Stitches.
Naaien
Startmenu
Stekenmenu
Lettertypemenu
File Manager
SET Menu
Informatie
Opslaan in
My Stitches
4:5