Beeldvorm
c
Selecteer het menu Instellingen en druk op [Enter].
d
Selecteer Geometrische corr. en druk op [Enter].
e
Selecteer Quick Corner en druk op [Enter]. Druk dan opnieuw op
[Enter] indien dat nodig is.
U ziet het scherm voor het selecteren van gebieden.
f
Gebruik de pijlknoppen om de hoek te selecteren van het beeld dat u
wilt aanpassen. Druk vervolgens op [Enter].
Om de correcties voor Quick Corner te resetten, houdt u [Esc]
a
ongeveer twee seconden ingedrukt terwijl het
gebiedsselectiescherm wordt weergegeven en selecteer dan Ja.
g
Druk op de pijlknoppen om de beeldvorm aan te passen, zoals nodig.
Om terug te keren naar het scherm voor de gebiedsselectie, drukt u op
[Enter].
• Als u dit scherm ziet, kunt u de vorm niet verder aanpassen in
a
de richting die wordt aangegeven door de grijze driehoek.
h
Herhaal stappen 6 en 7 als u nog meer hoeken wilt aanpassen.
i
Druk op [Esc] wanneer u klaar bent.
Om de huidige vorm van een beeld dat u hebt aangepast, op te slaan,
a
selecteert u Opslaan in geheugen. U kunt maximaal drie beeldvormen
opslaan in het geheugen.
s Instellingen > Geometrische corr. > Geheugen
54