5.15.1
Voorbeelden voor het aanleggen van rijpaden
AD-P 03 Special BAH0018-5 09.14
Afbeelding (Afb. 84) toont enkele voorbeelden van het aanleggen van
rijpaden:
A =
werkbreedte van de zaaimachine
B =
afstand tussen de rijpaden
(= werkbreedte kunstmeststrooier/landbouwsproeier)
C =
rijpad-schakelritme
D =
rijpadenteller (tijdens het werk worden de slagen doorgenum-
merd en weergegeven op de boordcomputer)
Voorbeeld:
Werkbreedte zaaimachine: ......3 m
Werkbreedte
kunstmeststrooier/landbouwsproeier:
de rijpaden.
1. In de tabel (Afb. 84) opzoeken:
in kolom A de werkbreedte van de zaaimachine (3 m) en in ko-
lom B de afstand tussen de rijpaden (18 m).
2. In dezelfde regel in kolom C staat het schakelritme van de rijpa-
den (schakelritme 3).
3. In dezelfde regel in kolom D zoekt u onder de kop "START" de
rijpadenteller van de eerste slag (rijpadenteller 2).
Deze waarde pas direct vóór de eerste veldrit in de boordcompu-
ter instellen.
Opbouw en werking
18 m = 18 m afstand tussen
83