NL
7.1. Behuizing
Als de kast is geïnstalleerd controleer dan (en periodiek) of er geen vreemde voorwerpen, puin of ge-
reedschap in de kast aanwezig is. De binnen- en buitenoppervlakken moeten worden gereinigd met een
vochtige doek of een stofzuiger. Controleer ook de behuizing op mechanische schade of tekenen van cor-
rosie die de normale werking van de kast kunnen beïnvloeden. Aangezien de stabiliteit van een gebouw in
de loop van de tijd kan veranderen (bv. bij de bezinking van een fundering), wordt aanbevolen om de kast
regelmatig horizontaal te controleren met behulp van een niveaumeter; indien nodig moet een nivellering
worden uitgevoerd. Afwijkingen mogen niet groter zijn dan 0,3mm voor 1m in de lengterichting en 0,5mm
voor 1m in de dwarsrichting; anders kunnen secties vervormen en hun verbindingen loslaten. Controleer
de deuren van de kast op dichtheid en of alle pakkingen of afdichtingsvoegen intact zijn. Vervang de pak-
kingen en maak de verbindingen opnieuw dicht indien nodig. Inspecteer de luchtopvang/afzuigkleppen
en -roosters. Verwijder opgehoopt vuil; controleer of de dempers goed open en dicht gaan. Controleer de
werking van de elektrische aandrijvingen en de bedradingscontacten van de kleppen. Controleer of het
condensaat vrijelijk uit de lekbakken wordt verwijderd; controleer de sifons op een goede werking; con-
troleer de onderdelen van de afvoerleiding op beschadigingen/verstoppingen. Als de kast is uitgerust met
lekbakken, reinig dan regelmatig het vuil van de lekbakken.
7.2. Filters
Controleer of de lters niet beschadigd, gescheurd of vochtig zijn. De vervangingsintervallen van lters
zijn afhankelijk van de omgeving en de tijd van het jaar, bijvoorbeeld tijdens het voorjaar en de zomer kun-
nen de lters vervuild zijn met pollen, haartjes of insecten, daarom zijn de vervangingsintervallen korter.
Vervang de lters als ze zichtbaar vuil zijn, ook al is het nog geen tijd of heeft het drukverschil nog geen
kritische limiet bereikt. Verontreinigde lters verhogen het drukverlies van de kast, verminderen het zuive-
ringsrendement en verhogen het elektriciteitsverbruik van de ventilatoren. Als er drukverschilsensoren zijn
geïnstalleerd, controleer deze dan op een goede werking; controleer of hun drukbuizen schoon/intact zijn.
58
Fig. 4 Filterkleminrichting
UAB KOMFOVENT behoudt het recht om veranderingen door te voeren zonder dit vooraf kenbaar te maken
VERSO PRO2_user manual_24-02