Hoofdstuk 4 - Onderhoud
Jaarlijks of om de 100 uur
•
Smeer de motorkoppeling
•
Smeer de spiebanen van de schroefas
•
Maak de meters schoon en controleer de draadverbindingen – dealer-item
•
Controleer of de schroefmoer goed is aangehaald.
•
Inspecteer de accu en de accuverbindingen – dealer-item
•
Werk beschadigde verf bij en spuit Corrosion Guard (corrosiebescherming) op de motorinstallatie
•
Ververs de motorolie en vervang het filter
•
Ververs de tandwielolie in de hekaandrijving
•
Controleer het peil van de koelvloeistof in het gesloten systeem en de concentratie (voor bevriezing tegen
bescherming), indien aanwezig
•
Vervang het waterscheidend brandstoffilter
•
Reinig de carterontluchting – alleen 8.2L
•
Reinig de IAC-demper – alleen 8.2L
•
Maak de vlamdover schoon – alleen 8.2L
•
Inspecteer de aandrijfriem voor accessoires – dealer-item
•
Haal de verbinding tussen de cardanring en de stuuras opnieuw aan – dealer-item
•
Controleer op loszittende componenten in het stuursysteem – dealer-item
•
Controleer op loszittende componenten in de afstandsbediening – dealer-item
•
Controleer of de MerCathode-module goede bescherming biedt en controleer de doorgeleiding van het circuit – dealer-
item
•
Vervang de PCV-klep
•
Modellen met tegenas – inspecteer de kruiskoppelingen en de lagers van de losse kop – dealer-item
•
Spuit Corrosion Guard (corrosiebescherming) op de motorinstallatie
•
Inspecteer de anoden, indien aanwezig
Om de drie jaar of om de 300 uur
•
Inspecteer de bougies en de bougiekabels
•
Maak de vlamdover en de carterventilatieslangen schoon
•
Controleer of de motorsteunen goed zijn vastgezet en haal ze zo nodig overeenkomstig de specificaties aan – dealer-
item
•
Controleer het elektrisch systeem op los, beschadigd of gecorrodeerd bevestigingsmateriaal – dealer-item
•
Controleer of de slangklemmen in het koel- en het uitlaatsysteem goed zijn vastgezet. Controleer op beschadiging of
lekkage – dealer-item
•
Inspecteer en reinig het zeewatergedeelte van het gesloten koelsysteem, indien aanwezig – dealer-item
•
Reinig, inspecteer en test de drukdop van het gesloten koelsysteem, indien aanwezig – dealer-item
•
Inspecteer de zeewaterpomp. Vervang versleten onderdelen – dealer-item.
•
Inspecteer het uitlaatsysteem. Controleer bij een motorinstallatie met waterafsluiters (klepafsluiters) of deze niet
ontbreken en niet beschadigd zijn – dealer-item
•
Controleer de uitlijning van de motor – dealer-item
•
Inspecteer de balg in het cardanhuis en controleer of de klem goed is vastgezet – dealer-item
•
Inspecteer het cardanlager op eventuele ruwheid – dealer-item
•
Smeer het motorkoppelstuk – dealer-item
•
Vervang de ontluchtingskleppen op de uitlaatkniestukken aan bakboord en stuurboord, indien aanwezig – dealer-item
Om de vijf jaar of om de 500 uur
•
Ververs de antivries – ververs de antivries om de twee jaar tenzij u antivries met lange levensduur gebruikt – dealer-
item
2.
Inspecteer de bougies en de bougiekabels. Zo nodig vervangen. Als deze onderdelen bij inspectie in goede staat blijken, herhaal de inspectie dan om de 100 uur of eens per jaar, wat
zich het eerste voordoet.
Bladzijde 44
1.
2.
90-8M0116140
DECEMBER 2015
nld