Inhoudsopgave
Advertenties
TPD1369D
Verstuiver defect
Waarschuwing!
• Indien de huid in contact komt met brandstof
onder hoge druk, onmiddellijk medische hulp
inroepen.
• Blijf uit de buurt van bewegende delen wanneer de
motor draait. Sommige bewegende delen zijn niet
duidelijk zichtbaar wanneer de motor draait.
Een defecte verstuiver kan ervoor zorgen dat de
motor overslaat.
Om te bepalen welke verstuiver defect is, dient
de motor met versneld stationair toerental te
draaien. Maak de verbindingsmoer van de hoge-
drukbrandstofleiding van elke verstuiver los en haal
deze aan. Wanneer de verbindingsmoer van de
defecte verstuiver wordt losgedraaid, heeft dit weinig
of geen effect op het motortoerental.
Vervangen van een verstuiver
Voorzichtig:
• De verstuivers moeten worden verwijderd en
aangebracht door een persoon met de juiste
opleiding.
• Zorg ervoor dat geen vuil in het brandstofsysteem
kan komen. Reinig, alvorens een aansluiting los
te maken, de ruimte rondom deze aansluiting
grondig. Nadat een onderdeel is losgemaakt, dient
een geschikte afdichting te worden aangebracht
over alle open aansluitingen.
1. Verwijder de brandstofretourleiding.
2. Verwijder de verbindingsmoeren (A1) van de
hogedrukleiding van de verstuiver en van de
brandstofinspuitpomp. Buig de leiding niet.
Verwijder, indien nodig, de leidingklemmen.
3. Verwijder de sluitring van de zitting en gooi
deze weg (A6). Indien de originele sluitring in de
uitsparing voor de verstuiver blijft zitten, steekt
de verstuivernaald incorrect uit wanneer een
nieuwe sluitring wordt aangebracht.
4. Verwijder de stelschroeven van de verstuiver
en verwijder de klem (A2), de verstuiver (A6) en
de sluitring hiervan (A7). Verwijder de stofkap
(A5) en het opvulstuk (A4) en breng het nieuwe
opvulstuk en een nieuwe stofkap aan op de
nieuwe verstuiver.
5. Breng de nieuwe verstuiver op zijn plaats aan
met het opvulstuk, nieuwe stofkap en nieuwe
sluitring, en controleer of de aansluiting van
de brandstofretour-leiding (A3) niet in de
richting van de motor wijst. Plaats de klem en
breng de stelschroeven van de verstuiver aan.
Controleer of de verstuiver niet kantelt en haal
de stelschroeven voor de klem gelijkmatig en
geleidelijk aan met 12 Nm (1,2 kgf m).
Voorzichtig: Haal de verbindingsmoeren van
de hogedrukleidingen niet verder aan dan het
aanbevolen aanhaalmoment. Indien er sprake is van
lekkage bij de verbindingsmoer, controleer dan of de
leiding correct is uitgelijnd met de verstuiverinlaat.
Haal de verbindingsmoer van de verstuiver niet
strakker aan, omdat dit ertoe kan leiden dat het
uiteinde van de leiding wordt vernauwd. Dit kan van
invloed zijn op de brandstoftoevoer.
5. Breng de hogedrukbrandstofleiding aan en haal
de verbindingsmoeren aan met 27 Nm (2,8 kgf
m). Breng, indien nodig, de leidingklemmen aan.
6. Vervang de sluitringen en breng de retourleiding
aan. Haal de banjobout aan met 9,5 Nm (1,0 kgf
m).
7. Start de motor en controleer op lekkage van
brandstof en lucht.
Hoofdstukken 4
33
Advertenties
Inhoudsopgave
