2.2 Het laadstation en de antenne installeren
Stap 1: Zoek een goede plek
Installeer het laadstation op een zachte en vlakke ondergrond.
Bij plaatsing buiten moeten het laadstation en het gazon op dezelfde hoogte worden gehouden.
Om ervoor te zorgen dat de antenne goede satellietsignalen kan ontvangen, moet u een geschikte plaats kiezen om het laadstation
en de antenne te installeren:
1. Blijf op een bepaalde afstand (meer dan 2 m) van huizen, bomen, muren.
2. Installeer het laadstation en de antenne in een open ruimte waar niets het signaal blokkeert (bijvoorbeeld het bladerdak van
een boom of het zeil van een parasol), waar de antenne een vrij zicht op de hemel heeft dat ten minste 110° van de hemel vrij is.
3. Plaats het laadstation op een vlakke, niet-verharde ondergrond met de antenne rechtop. Installeer de antenne niet onder een hoek.
4. Om het aankoppelen vlot te laten verlopen, moet u aan de achterkant van het laadstation minstens 10 cm ruimte laten en aan
de voorkant 1 m.
5. Blijf uit de buurt van sproeikoppen, fonteinen of andere buitenwatersystemen.
6. Blijf uit de buurt van onderstations, generatoren, waterpompstations, en airconditioners.
Kies de locatie zorgvuldig. Als de kaart eenmaal is opgeslagen en de locatie van het laadstation of de GNSS-antenne wordt
gewijzigd, moet u een nieuwe kaart aanmaken.
≥
2 m
<
2 m
>110°
35°
35°
≥
2 m
<
2 m
16