Veervoorspanning
Instelling
De veervoorspanning van het
achterwiel moet aan de belading
van de motorfiets worden aan-
gepast. Een verhoging van de
belading vereist een verhoging
van de veervoorspanning, minder
gewicht een overeenkomstig la-
gere veervoorspanning.
Veervoorspanning
achterwiel instellen
WAARSCHUWING
Instellen van de veervoor-
spanning tijdens het rijden.
Gevaar voor ongevallen
De veervoorspanning alleen
instellen als de motorfiets
stilstaat.
De motorfiets neerzetten en
erop letten dat de ondergrond
vlak en stevig is.
Afdekking 1 onder bij 2 iets
naar voren trekken.
Om de afdekking en de beves-
tigingen niet te beschadigen,
afdekking bij 3 losnemen.
WAARSCHUWING
De instellingen van de
veervoorspanning en van de
demping zijn niet ingesteld
op de omstandigheden.
Rijgedrag wordt slechter.
Demping aan de veervoorspan-
ning aanpassen.
Om de veervoorspanning te
verhogen, de stelknop 1 met
behulp van gereedschap 2
(boordgereedschap) rechtsom
draaien.
Om de veervoorspanning te
verlagen, de stelknop 1 met
5
87
z