5 | Installatie
▶ Dek de rookgasafvoer- en luchttoevoeraansluiting aan de bovenzijde
van het cv-toestel af.
Afb. 12 Op de juiste wijze tillen en dragen van het cv-toestel
5
Installatie
WAARSCHUWING: Explosiegevaar.
▶ Laat werkzaamheden aan gasvoerende delen alleen
door een erkend installateur uitvoeren.
▶ Voor werkzaamheden aan gasvoerende delen: sluit
de gaskraan.
▶ Vervang gebruikte afdichtingen door nieuwe.
▶ Voer een dichtheidscontrole uit na werkzaamheden
aan gasvoerende onderdelen.
Montage, gas-, afvoer- en elektrische aansluitingen en in-
bedrijfneming van de installatie moeten door een erkend
installateur worden uitgevoerd.
5.1
Belangrijke opmerkingen
Het cv-toestel is af fabriek op goede werking gecontroleerd.
▶ Controleer bij levering de verpakking op schade.
▶ Controleer de leveringsomvang op volledigheid.
▶ Monteer in referentieruimte geen thermostatische radiatorkranen.
▶ Zet alle radiatorkranen in de referentieruimte volledig open.
5.2
Vul- en bijvulwater
De waterkwaliteit van het vul- en bijvulwater is een wezenlijke factor
voor de functionele betrouwbaarheid, de levensduur en de bedrijfsge-
reedheid van een cv-installatie.
OPMERKING: Beschadiging van de warmtewisselaar of
storing in de warmteproducent door ongeschikt water!
Ongeschikt of vervuild water kan slibvorming, corrosie
of verkalking tot gevolg hebben.
▶ Spoel de cv-installatie voor het vullen.
▶ Vul de cv-installatie uitsluitend met drinkwater.
▶ Gebruik geen bron- of grondwater.
▶ Behandel vul- en bijvulwater conform de specifica-
ties in de volgende paragraaf.
12
Waterbehandeling
3,00
2,80
2,60
2,40
2,20
2,00
1,80
1,60
1,40
1
1,20
1,00
0,80
0,60
0,40
0,20
0,00
Afb. 13 Eisen aan het vul- en bijvulwater voor cv-toestellen < 50 kW
[1]
maximaal mogelijk watervolume over de levensduur van de warm-
teproducent in m³.
[2]
totale hardheid in °dH.
6720821757-6.1TD
[3]
gebruik onbehandeld leidingwater.
[4]
gebruik volledig gedemineraliseerd vul- en bijvulwater met een
geleidbaarheid van ≤ 10 μS/cm.
Toegestane maatregel voor waterbehandeling is de volledige ontharding
van het vul- en bijvulwater met een geleidbaarheid ≤ 10 microSiemens/
cm (μS/cm). In plaats van de waterbehandeling kan ook een systeem-
scheiding direct achter de warmteproducent met behulp van een warm-
tewisselaar worden uitgevoerd.
Meer informatie over de waterbehandeling kunt u bij de fabrikant opvra-
gen. De contactgegevens vindt u op de achterzijde van deze handleiding.
Antivriesmiddel
Het volgende antivriesmiddel is toegestaan:
• Fernox Protector Alphi-11 (via de groothandel verkrijgbaar).
Cv-wateradditieven
Cv-wateradditieven, bijvoorbeeld corrosiebeschermingsmiddelen, zijn
alleen bij constante zuurstofbelasting nodig, die door andere maatrege-
len niet kan worden voorkomen. Informeer voor het gebruik bij de fabri-
kant van het additief naar de geschiktheid voor de warmteproducent en
alle andere materialen in de cv-installatie.
3
0
5
10
15
2
OPMERKING: Beschadiging van de warmtewisselaar of
storing in de warmteproducent door niet geschikt anti-
vriesmiddel!
Niet geschikt of vervuild water kan slibvorming, corrosie
of verkalking tot gevolg hebben.
▶ Gebruik alleen door ons vrijgegeven antivriesmiddel.
▶ Gebruik antivries alleen conform de specificaties van
de fabrikant van het antivriesmiddel, bijvoorbeeld
voor wat betreft de minimale concentratie.
▶ Neem de voorschriften van de fabrikant van het anti-
vries voor wat betreft de regelmatig uit te voeren
controles en corrigerende maatregelen in acht.
9000i AquaPower Plus • 6720876970 (2017/10)
4
20
25
30
[˚dH]
6 720 649 815-006.1TD