Figuur 62
1. Aftapplug
7.
Verwijder de aftapplug zodat de olie in de
opvangbak kan lopen
8.
Als dit klaar is, plaatst u de aftapplug terug en
draait u deze vast.
Opmerking:
Geef de afgewerkte olie af bij een
erkend recyclingcentrum.
9.
Vul de hydraulische tank met hydraulische
vloeistof zoals beschreven in
hydraulische vloeistof (bladz.
10.
Start de motor en laat deze een paar minuten
lopen.
11.
Zet de motor af.
12.
Controleer het peil van de hydraulische vloeistof
en vul indien nodig de tank bij met vloeistof;
raadpleeg
Specificaties hydraulische vloeistof
(bladz.
43).
13.
Sluit de motorkap.
g004213
(Figuur
62).
Specificaties
43).
Reiniging
Vuil verwijderen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Belangrijk:
Als de motor wordt gebruikt terwijl
de schermen verstopt zijn en/of de uitlaatringen
zijn verwijderd, kan dit leiden tot schade aan de
motor door oververhitting.
1.
Parkeer de machine op een vlakke ondergrond
en laat de laderarmen zakken.
2.
Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat
de motor afkoelen.
3.
Open de motorkap en zet vast met de
steunstang.
4.
Verwijder vuil van het voorscherm en de
zijschermen.
5.
Veeg het vuil van het luchtfilter.
6.
Verwijder met een borstel of blazer aangekoekt
vuil van de motor en de ribben van de oliekoeler.
Belangrijk:
terwijl de schermen verstopt zijn en/of de
uitlaatringen zijn verwijderd, kan dit leiden
tot schade aan de motor door oververhitting.
7.
Verwijder vuil van de opening van de motorkap,
de geluiddemper, de hitteschermen en het
radiateurscherm (indien van toepassing).
8.
Sluit de motorkap.
Het chassis reinigen
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsu-
ren—Controleer of er aangekoekt
vuil op het chassis zit.
Open de motorkap en inspecteer regelmatig het
gebied onder de motor met behulp van een zaklamp.
Als de laag vuil 25 tot 50 mm dik is, laat dan een
erkende servicedealer de achterzijde van de machine,
de brandstoftank en de accu verwijderen en het
chassis reinigen.
46
Als de motor wordt gebruikt