VOORZICHTIG
Als de borstel in werking is kan deze de machine
achteruit duwen. Als de borstelhoogte te laag
is ingesteld kan de machine krachtig achteruit
bewegen en tot letsel en/of schade leiden.
Controleer de borstelhoogte zorgvuldig en stel
deze juist in of neem contact op met een erkende
Toro-dealer.
1. Zet de gashendel in de Snel-stand.
2. Zet snelheidskeuzehendel hendel op de gewenste stand
en druk de linker tractie-aandrijvingshendel langzaam
in.
Belangrijk: Zorg dat de tractie-aandrijving is
ingeschakeld voordat u de veegmachine gebruikt;
anders kan de borstel de machine achteruit duwen.
3. Om de borstel in te schakelen drukt u de rechter
borstelhendel naar de handgreep
Figuur 15
•
Als de motor onder belasting langzamer gaat
draaien of de wielen slippen, schakel de machine
dan over naar een lagere versnelling.
•
Als de voorzijde van de machine naar boven gaat,
schakel de machine dan over naar een lagere
versnelling. Als de voorzijde naar boven blijft gaan,
til de handgrepen dan op.
4. Om de borstel uit te schakelen laat u de rechter hendel
los.
Controleren van het veegpad
Een borstel veegt met het uiteinde van de borstelharen. Als u
te hard naar beneden drukt werkt de borstel niet meer met de
uiteinden maar met de zijkant van de borstelharen. Hierdoor
duwen de borstelharen minder goed, valt de veegprestatie
terug en vermindert de levensduur van de borstel.
1. Rij naar een vlak en stoffig terrein en stop de machine.
2. Met draaiende motor zet u de gashendel in het midden,
tussen L
ANGZAAM EN
3. Schakel de borstel in en laat de borstel ongeveer 30
seconden vegen.
(Figuur
15).
S
.
NEL
4. Schakel de borstel uit en stop de motor.
5. Wacht tot alle bewegende delen tot stilstand zijn
gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
6. Zet de motor aan/uit-schakelaar in de U
7. Controleer of het geveegde gebied overeenkomt met
de lengte van de borstel en een maximale breedte van
51 tot 102 mm.
1. Maximale breedte: 51 tot
102 mm
2. Lengte van de borstel
8. Stel de borstelhoogte indien nodig in.
Borstelhoogte instellen
1. Rij naar een vlak en stoffig terrein en stop de machine.
2. Schakel de borstel uit en stop de motor.
3. Wacht tot alle bewegende delen tot stilstand zijn
gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
4. Zet de motor aan/uit-schakelaar in de U
5. Instellen van de borstelhoogte: neem de pen uit de
instelhuls en de zwenkwielbuis
deze.
15
-stand.
IT
Figuur 16
3. Geveegd gebied
-stand.
IT
(Figuur
17) en bewaar