Biodiesel (FAME)
Gebruik van biodiesel
BELANGRIJK!
Voor andere motoren met SCR-systemen moet
een mengsel met maximaal 10% aan biodiesel
worden gebruikt.
Scania gebruikt de term biodiesel om te verwij-
zen naar duurzame diesel die is vervaardigd uit
vetten of oliën en methanol. De biodiesel moet
voldoen aan de vereisten van de Europese norm
EN 14214 of de Braziliaanse norm ANP-45.
Voor biodiesel die voldoet aan EN 14214 of
ANP-45, wordt regelmatig de term FAME ge-
bruikt.
Normale diesel conform EN 590 van de dieselle-
verancier kan maximaal 7% biodiesel bevatten.
Er zijn dieselkwaliteiten die voldoen aan EN
590, maar een hoger percentage biodiesel bevat-
ten.
Scania keurt mengsels met maximaal 10% aan
biodiesel goed voor alle motoren.
Voor PDE-motoren keurt Scania het gebruik van
maximaal 100% biodiesel goed in overeenstem-
ming met EN 14214 of ANP-45. Dit is echter
niet van toepassing op motoren met een SCR-
systeem. Voor deze motoren is alleen een meng-
sel van 10% toegestaan.
Onderhoudsinterval
BELANGRIJK!
Houd er rekening mee dat de onderhoudsinter-
vallen anders zijn bij het gebruik van dieselolie
dan bij het gebruik van biodiesel.
Bij een mengsel met meer dan 10% biodiesel,
worden de vervangingsintervallen voor het vol-
gende gehalveerd:
• Brandstoffilter.
• Oliefilter.
• Motorolie.
De viscositeitskwaliteit van de motorolie moet
xW-40 zijn. Oliën met kwaliteit xW-30 zijn on-
geschikt vanwege het brandstofverdunningsef-
fect.
OPM 360 nl-NL
Controleer regelmatig het motoroliepeil. Indien
het oliepeil het maximumniveau overschrijdt,
moet de olie worden ververst. Controleer de oor-
zaak als het oliepeil het maximumpeil over-
schrijdt en neem contact op met de
dichtstbijzijnde Scania werkplaats als een sto-
ring wordt vermoed.
Opslag van biodiesel
Biodiesel mag niet langer dan 6 maanden wor-
den opgeslagen.
Biodiesel heeft een maximale opslagduur van 6
maanden vanaf de productiedatum t/m de ver-
loopdatum. De brandstof wordt tijdens de opslag
aangetast door licht, temperatuur, water enzo-
voort, wat van invloed is op de eigenschappen en
de levensduur.
Biodiesel heeft tevens een lagere stabiliteit tegen
oxidatie dan diesel. Dit kan leiden tot verdikken
van de brandstof en blokkeren van onderdelen
van het brandstofsysteem (bijvoorbeeld het
brandstoffilter). Er kan bacteriële groei optreden
wanneer biodiesel onder ongunstige omstandig-
heden wordt opgeslagen in tanks. Vermijd op-
slag in vaten of extra tanks, behalve wanneer
brandstofvervangingsgraad hoog is. Controleer
telkens als er wordt getankt of de tank schoon is.
Als het voertuig is bijgetankt met biodiesel en
langere tijd heeft stilgestaan, kan zich con-
denswater in de brandstoftank vormen. Dit kan
leiden tot de groei van bacteriën.
Zie het hoofdstuk
83
©
Scania CV AB 2022, Sweden
Kwaliteitsvereisten voor brandstof
BELANGRIJK!
Conserverende
brandstof.