Universele leddimmer DIN-rail
■
Knop n of o (2) net zo vaak kort indrukken totdat de benodigde bedienings-
modus is geselecteerd.
LED (1) brandt in de kleur van de gekozen bedieningsmodus
(zie afbeelding 3).
■
Beide knoppen n en o (2) indrukken en ingedrukt houden.
LED (1) knippert in de kleur van de gekozen bedieningsmodus. Licht schakelt
in op de laagste lichtsterkte en wordt langzaam helderder.
Bij omschakelen van de bedieningsmodus naar Universeel wordt eerst auto-
matisch de last ingemeten. Beide knoppen (2) ingedrukt houden.
In de laagste dimstand moet u kunnen zien dat de lamp brandt.
■
Zodra de gewenste minimale lichtsterkte is bereikt, beide knoppen n en o (2)
loslaten.
LED (1) brandt i de kleur van de gekozen bedieningsmodus, bedieningsmodus
en minimale lichtsterkte zijn ingesteld.
■
Optimale minimale lichtsterkte nogmaals veranderen: beide knoppen n en o
(2) langer dan 1 seconde indrukken. Licht schakelt weer in naar de laagste
lichtsterkte en wordt langzaam helderder.
■
Instellingen opslaan: knop n of o (2) kort indrukken of 30 seconden niet be-
dienen. LED (1) brandt groen.
6
Technische gegevens
Nominale spanning
Netfrequentie
Omgevingstemperatuur
Standby-vermogen
Vermogensverlies
Aansluitvermogen bij 45 °C (zie afbeelding 4)
82400022
Afbeelding 3: Toewijzing LED-kleur aan dimprincipe
31.01.2024
AC 230 V~
50 / 60 Hz
-5 ... +45 °C
ca. 0,3 W
ca. 3,8 W
8 / 12