BEDIENING
Attentie
Als er een storing is, dient het
systeem direct door een Audi-
dealer te worden gecontroleerd.
Anders bestaat het gevaar, dat de
airbags en de gordelspanners bij
een ongeluk niet worden geacti-
veerd.
Antiblokkeersysteem (ABS)
(8)
Het controlelampje dient als controle op het
ABS
ABS
De paraatheid van de wezenlijke elektrische
onderdelen van het ABS wordt door een
elektronisch controlesysteem vóór en tiJ-
dens het rijden gecontroleerd.
Het controlelampje gaat branden wanneer
het contact wordt ingeschakeld en moet na
ca. 2 seconden weer uitgaan.
Als het ABS-controlelampje niet uitgaat of
tijdens het rijden gaat branden, is het sys-
teem niet in orde. De wagen kan dan alleen
met het normale remsysteem worden ge-
remd.
Wanneer bij een storing in het ABS boven-
dien het remwaarschuwingslampje gaat
branden (zie bladzijde 100), moet de onder-
staande waarschuwingsaanwijzing in acht
worden genomen.
Attentie
Door het uitvallen van de regel-
functie van het ABS kunnen bij
het remmen de achterwielen re-
latief snel blokkeren. Dit kan on-
der
bepaalde
omstandigheden
tot het uitbreken van de achter-
kant van de wagen leiden.
Voorzichtig naar de dichtstbij-
zijnde Audi-dealer rijden en de
storing laten verhelpen.
Bij het uitvallen van het ABS brandt bij wa-
gens met aandrijfslipregeling resp. elektro-
nisch stabiliteitsprogramma ook het ASRj
ESP-controlelampje. Nadere aanwijzingen
staan op bladzijde 111 en 151 - 154.
Elektronisch sperdifferentieel
(EDS)*
Het EDS werkt in combinatie met het ABS.
Bij defect raken van het ABS is het EDS
eveneens buiten werking.
87