2P-2
I
ngebra
nde
contactpu
nten
moeten
verva
ngen worden
of
opgezu
iverd
met
een
zeer
{iine
vijl.
Gebruik
de
vijl
nooit voor
andere
metalen.
GEBRUIK
NOO|T
SCHUURLINNEN
OF
SCHUURPAPIER.
Te
nauw gestelde punten
zullen snel
inbranden;
te
ruim
gestelde
punten
veroorzaken
een zwakke
vonk
bij
hoge
motorsnelheid.
De contactpunten-afstand
kan
bij
nieuwe contactpunten met
een
voelermaat
gecontroleerd worden.
Gebru
ik
een
ind
icateu
r o{
een
contacthoekmeter
bij
reeds gebruikte contactpunten;
de
contacthoek bedraagt
35'.
Indien
men
bij
n
ieuwe
contactpu
nten
ook
een
contacthoekmeter toepast,
mag
de
alstand
zodanig
ingesteld
worden,
dat de
contacthoek
32o
bedraagt.
Teneinde
het
bntstekingstijdstip
in te
stellen, moet men
het
borgboutje
losmaken
en de
ontstekingscontróle-arm
verstellen,
tot
de
juiste
afstelling
verkregen
is. Daarna
draait
men
de
bout weer
aan.
Een
andere
methode
is, het
onderbrekerhuis
ten
opzichte van
de
contróle-
a
rm
en
TEGEN
de
d
raa
irichting
va
n
de
onderbrekeras
te
verd
raa
ien,
tot
de
contactpunten
juist gelicht
zijn.
Dit
laatste
kan
vergemakkelilkt
worden
door
tevoren
een zeer dun
stukje vloeipapier
tussen
de
contactpunten
te
klemmen;
zodra
dit
vrij
komt,
is de
juiste stand
bereikt.
De draairichting van
de
onderbrekeras wor"dt vastgesteld,
door
te
trachten
de
as
te
verdraaien.
De
as kan naar één richting een weinig
verdraaid
worden, doordat
de
veren van
de
centrifugaalregelaaar
(voor
de
automa-
tische
vóórontsteking) gespannen
worden;
zodra
de
as
losgelaten
wordt,
veert deze
on
m
iddellilk
terug
De
richting waarin
de
onderbrekeras
een weinig
verdraaid
kan
worden,
is
tevens
zijn
draairichting wanneer
de
motor
loopt.
Als
de
verdeler
af
gesteld
is
nadat
h
ij
gedemonteerd
is
geweest,
is
het
nodig
er op
te
letten,
dat
de
rotor wijst
naar
het punt
in
de
verdelerkap,
dat
verbonden
is
met cylinder
no.
1
en
dat
de
overigen verbonden
zijn
in de
cylinder-volgorde
1
-5 3- 6-2-
4,
Bougies.
De
14 mm bougies zijn
van het
fabrikaat
Champion,
type
)
6.
Zij
kunnen
slechts
grondig gereinigd worden met een
zandstraalapparaat.
De
nauwkeurige electroden-afstand bedraagt
0,ó5 mm.
Bu
ig
nooit aan
de
centrale
electrode.
Houdt
de
buitenkant
van
het
porceleintje schoon, teneinde overslag
van
vonken
bij
vochtig
weder
te
voorkomen.
Gebruik,
indien
tot
een
ander fabrikaat
overgegaan
wordt,
een
type
met
een
,wa
rmteg
raad
a
ls
va
n
het
bovengenoemde
type.