8
Pas de privacyinstelling aan.
z
z
Druk op de knoppen [ ][ ] om [Ja] te
kiezen en druk daarna op de knop [ ].
z
z
U kunt de smartphone nu gebruiken
om op afstand opnamen te maken
van livebeelden of om door beelden
op de camera te bladeren, beelden te
verzenden of te geotaggen.
9
Verzend een beeld.
z
z
Druk op de knoppen [ ][ ][ ][ ] om
[Select. en verz.] te selecteren en druk
vervolgens op de knop [ ].
z
z
Druk op de knoppen [ ][ ] om [Selectie]
te kiezen en druk daarna op de knop [ ].
z
z
Druk op de knoppen [ ][ ][ ][ ]
om een beeld te selecteren dat u wilt
verzenden. Druk op de knop [ ] om het
beeld als geselecteerd te markeren ([
en druk vervolgens op de knop [
z
z
Druk op de knoppen [ ][ ] om [OK] te
kiezen en druk vervolgens op de knop [ ].
z
z
Druk op de knoppen [ ][ ][ ][ ] om
[Verzenden] te kiezen en druk daarna
op de knop [ ].
z
z
Nadat het beeld is verzonden,
wordt [Transfer gereed] weergegeven en
wordt het scherm voor beeldoverdracht
opnieuw weergegeven.
•
Alle beelden op de camera kunnen worden bekeken op de
verbonden smartphone wanneer u bij stap 8 [Ja] kiest. Als u de
camerabeelden privé wilt houden, zodat ze niet kunnen worden
bekeken op de smartphone, kiest u [Nee] bij stap 8.
•
Zodra u een smartphone hebt geregistreerd, kunt u de bijbehorende
privacyinstelling op de camera aanpassen
•
Om verbinding te kunnen maken, moet er een geheugenkaart in de camera zitten.
•
Zodra u verbinding hebt gemaakt met apparaten via het Wi-Fi-menu, worden
recente bestemmingen als eerste vermeld wanneer u het Wi-Fi-menu opent.
])
U kunt eenvoudig opnieuw verbinding maken door op de knoppen [
].
te drukken om het apparaat te kiezen en vervolgens op de knop [
drukken. Als u een nieuw apparaat wilt toevoegen, opent u het scherm voor
apparaatselectie door op de knoppen [ ][ ] te drukken en vervolgens de
instelling te configureren.
•
Als u liever geen recente doelapparaten wilt weergeven, kiest u MENU
(=
23) > tabblad [
] > [Inst. draadloze communicatie] > [Instellingen Wi-Fi]
> [Doelhistorie] > [Uit].
•
U kunt het scherm bij stap 3 ook openen door MENU
> [Wi-Fi-verbinding] te kiezen.
•
Om verbinding te maken zonder dat u bij stap 5 een wachtwoord moet
invoeren, kiest u MENU
communicatie] > [Instellingen Wi-Fi] > [Wachtwoord] > [Uit]. [Wachtwoord]
wordt niet meer weergegeven op het SSID-scherm (in stap 4).
•
U kunt ook meerdere beelden in een keer verzenden en het beeldformaat
wijzigen voordat u verzendt
•
U kunt het huidige beeld verzenden door [Dit beeld verz.] te kiezen op het
scherm bij stap 9.
z
z
Om de verbinding te beëindigen,
drukt u op de knop [
]. Selecteer in
het bevestigingsscherm [OK] door op de
knoppen [ ][ ] te drukken en druk daarna
op de knop [ ]. U kunt ook de smartphone
gebruiken om de verbinding te verbreken.
z
z
Om meerdere smartphones toe te
voegen, herhaalt u de bovenstaande
procedure vanaf stap 1.
(=
97).
(=
23) > tabblad [
(=
23) > tabblad [
] > [Inst. draadloze
(=
90).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor
gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus
Andere
opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
][
]
Bijlage
] te
Index
]
76