•
Aslagers van maai-eenheid (2 per maai-eenheid);
zie
Figuur 85
Opmerking:
U kunt beide smeernippels
gebruiken: kies de nippel die het makkelijkst
te bereiken is. Pomp vet in de nippel tot
er een beetje vet aan de onderzijde van de
asbehuizing verschijnt (aan de onderzijde van de
maai-eenheid).
Figuur 85
•
Lagers van draagarm van maai-eenheid (1 per
maai-eenheid); zie
•
Lagers van achterrol (2 per maai-eenheid); zie
Figuur 86
Figuur 86
Belangrijk:
Controleer of de smeergroef in
beide rolbevestigingen is uitgelijnd met de
smeeropening in beide uiteinden van de rolas.
Als hulp bij het uitlijnen van de groef en de
opening bevindt zich verder een merkteken op
één uiteinde van de rolas.
Figuur 85
Onderhoud motor
Veiligheid van de motor
•
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het
contact voordat u het oliepeil controleert of het
carter bijvult met olie.
•
Verander de snelheid van de toerenregelaar niet
en laat de motor het maximale toerental niet
overschrijden.
Onderhoud van het
luchtfilter
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren
Controleer de luchtfilterbehuizing op schade die
een luchtlek kan veroorzaken. Vervang deze in
geval van beschadiging. Controleer het gehele
luchtinlaatsysteem op lekken, beschadiging of losse
slangklemmen.
Geef het luchtfilter uitsluitend een onderhoudsbeurt
als de onderhoudsindicator
g009708
Als u het luchtfilter vervangt voordat dit nodig is, wordt
alleen maar de kans vergroot dat er vuil in de motor
komt als u het filter verwijdert.
g005979
1. Luchtfilterindicator
Belangrijk:
Zorg ervoor dat het deksel goed
vastzit en de luchtfilterbehuizing helemaal afsluit.
1.
Vervang het luchtfilter
66
(Figuur
87) dit aangeeft.
Figuur 87
(Figuur
88).
g009709