De instellingen opslaan (Geheugen)
De geheugenfunctie dient voor het opslaan van de camera-instellingen
die gelden wanneer de camera wordt uitgeschakeld.
Bij sommige camera-instellingen is de geheugenfunctie altijd ingesteld
op O (Aan) (de instellingen worden opgeslagen als de camera wordt
uitgeschakeld), terwijl u voor andere Aan of Uit kunt kiezen (kiezen of de
instellingen al dan niet worden opgeslagen als de camera wordt
uitgeschakeld). In de tabel hieronder wordt aangegeven welke
onderdelen u in de geheugenfunctie op O (Aan) of P (Uit) kunt zetten.
(Onderdelen die in de tabel niet staan vermeld, worden met de geselecteerde
instelling altijd opgeslagen als de camera wordt uitgeschakeld.)
Als u O (Aan) kiest, worden de instellingen opgeslagen met de status
die ze hebben op het moment dat de camera wordt uitgeschakeld. Als u
P (Uit) kiest, worden de standaardinstellingen hersteld bij uitschakeling
van de camera. In de tabel hieronder wordt voor elk onderdeel tevens
getoond of de standaardgeheugeninstelling Aan of Uit is.
Onderdeel
Een instelling voor Gezichtsdetectie die
Gezichtsdetectie
is ingesteld met de I-knop
De flitsinstelling die is ingesteld met
Flitsinstelling
de vierwegbesturing (4)
De transportstand die is ingesteld met
Transportstand
de vierwegbesturing (2)
De scherpstelstand die is ingesteld met
Focusinst.
de vierwegbesturing (5)
De zoompositie die is ingesteld met de
Zoomstand
Zoom-knop
De instelling voor [Gevoeligheid] in het menu
Gevoeligheid
[A Opnemen]
De instelling voor [Belicht. corr.] in het menu
Belicht. corr.
[A Opnemen]
De instelling voor [Digitale zoom] in het menu
Digitale zoom
[A Opnemen]
De weergavefunctie van het scherm die wordt
DISPLAY
ingesteld met de 4/W-knop
Als er een nieuwe SD-geheugenkaart wordt
Bestand
geplaatst terwijl Aan is geselecteerd, wordt het
eerstvolgende bestandsnummer toegewezen
Beschrijving
Standaar-
Pagina
dinstelling
p.67
P
p.90
O
p.83
P
p.85
p.92
P
p.73
P
p.97
P
p.96
P
p.75
O
p.20
P
—
O
3
103