Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

10.4.10 Vloer Drogen Zonder De Buitenunit Van De Warmtepomp; 10.4.11 Voeding Van De Warmtepomp Met Fotovoltaïsche Energie; 10.4.12 Aansluiting Van De Installatie Op Een Smart Grid - REMEHA WPR-2/E V200 4-8 Installatie- En Servicehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor WPR-2/E V200 4-8:
Inhoudsopgave

Advertenties

10 Instellingen
Afb.125
Tab.66
Parameters voor spontane oververhitting
Parameter
AP001 of AP100
HP091
HP092
102
Beschrijving
Hydraulische bijverwarming: 8 (fotovoltaïsch met alleen warmtepomp)
Elektrische bijverwarming: 9 (fotovoltaïsch met elektrische bijverwarming)
Offset temperatuur van verwarming setpunt als fotovoltaïsch functie is geactiveerd
Offset temperatuur van sww setpunt als fotovoltaïsch functie is geactiveerd

10.4.10 Vloer drogen zonder de buitenunit van de warmtepomp

De binnenmodule kan worden gebruikt voor het drogen van de vloer met
behulp van de elektrische bijverwarming in geforceerde bedrijfsmodus. De
buitenunit hoeft niet te worden aangesloten.
1. Schakel de warmtepomp in en activeer de vloerdroogfunctie.
2. Stel de parameters in voor de vloerdroogfunctie.
3. Forceer de elektrische bijverwarming door de waarde van parameter
HP000 te verhogen.
10.4.11 Voeding van de warmtepomp met fotovoltaïsche energie
Als er goedkope elektrische energie beschikbaar is (fotovoltaïsche ener­
gie) kunnen het verwarmingscircuit en de sanitair-warmwaterboiler (indien
aanwezig) oververhit raken. Dit soort voeding is niet geschikt voor vloer­
koeling.
Om deze functionaliteit te activeren, voert u de gegevens in voor de para­
meter AP001en sluit u een potentiaalvrij contact aan op de ingang BL1, of
de parameter AP100 en een potentiaalvrij contact op de BL2.

10.4.12 Aansluiting van de installatie op een Smart Grid

De warmtepomp kan regelsignalen ontvangen en verwerken van "slimme"
energiedistributienetwerken (Smart Grid). Op basis van de signalen die
worden ontvangen van de aansluitklemmen van de multifunctionele ingan­
gen BL1 IN en BL2 IN, zal de warmtepomp stoppen of vanzelf de verwar­
mingsinstallatie oververhitten om het elektriciteitsverbruik te optimaliseren.
Tab.67
Werking van de warmtepomp in een Smart Grid
BL1 IN
BL2 IN in­
Werking
ingang
gang
Inactief
Inactief
Normaal: De warmtepomp en de elektrische bij­
verwarming werken normaal
Actief
Inactief
Uitschakelen: De warmtepomp en de elektrische
bijverwarming zijn uitgeschakeld
Inactief
Actief
Spaarstand: De warmtepomp oververhit het sys­
teem vanzelf zonder de elektrische bijverwarming
Actief
Actief
Superspaarstand: De warmtepomp oververhit het
systeem vanzelf met de elektrische bijverwarming
1. Verbind de signaalingangen Smart Grid met de ingangen BL1 IN en
BL2 IN op de besturingsprint EHC–04. Smart Grid signalen zijn af­
komstig van droge contacten.
Duitsland: Sluit de klemmen SG1 en SG2 aan op de elektrische me­
ter naar de ingangen BL1 IN en BL2 IN respectievelijk op de bestu­
ringsprint EHC–04.
7682783 - v02 - 18012018

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Wpr-2/h v200 4-8Wpr-2/e v200 11-16Wpr-2/h v200 11-16

Inhoudsopgave