Inhoudsopgave
Advertenties
q
w
e
z
x
c
Siersteekcombinaties
q Steekpatroon:
w Spanning op bovendraad:
e Naaivoetje:
Om twee delen van patroon 25 en 27 te combineren.
z Naai patroon 25 en druk op de afhechttoets terwijl u
het tweede deel naait. De machine stopt automatisch
als het tweede deel gemaakt is.
q Afhechttoets
x Selecteer steekpatroon 27 Druk op de afhechttoets en begin
met naaien.
c De machine zal één deel van patroon 27 naaien en
q
automatisch stoppen.
v Herhaal de procedure hierboven.
Corrigeren van vervormde steekpatronen
De naairesultaten van de stretchsteekpatronen kunnen
verschillen afhankelijk van de naaiomstandigheden, zoals
naaisnelheid, soort stof, aantal lagen etc.
Maak altijd eerst een proeflapje met een reststukje van de
q
stof die u wilt gebruiken.
Wanneer stretchpatronen zijn vervormd, corrigeer dit dan
met de steekbalansknop.
q Steekbalansknop
Stretchsteekpatroon
Als het patroon te dicht is, draai de steekbalansknop dan naar
"+".
Als het patroon te open is, draai de steekbalansknop dan naar
"–".
Steekbalans van knoopsgat 54
Als de rechter rij dichter is, draai de steekbalansknop dan naar
"+".
Als de linker rij dichter is, draai de steekbalansknop dan naar "–
".
Gelijkheid van trenzen
Als de steek niet bij de beginpositie komt, draai de
steekbalansknop dan naar "+".
Als de steek niet bij de terugkeerpositie komt, draai de
steekbalansknop dan naar "–".
42
25 en 27
3 tot 6
Satijnsteekvoetje F
Aangepast zigzagvoetje F2
Advertenties
Inhoudsopgave
