Deze instellingen kunnen ook in het menu „Bestand/ Instellingen/ Apparaat-instellingen..." uitgevoerd
worden:
KNX-ingangen
Er kunnen maximaal 64 KNX-ingangen geprogrammeerd worden. Deze worden door de opgave van
het type (Analoog/ Digitaal), het groepsadres, evenals verdere instellingen voor de behandeling van
de te ontvangen waardes vastgelegd. De KNX-ingangen staan vervolgens voor andere busuitgangen,
functie-ingangsvariabelen, visualisatie of datalogging als bron ter beschikking.
Ingangstype
4
Keuze, of de van de KNX-Bus overgenomen
waarde een analoge (= getalswaarde) of
digitale waarde (AAN/UIT).