• Gemorste olie wordt dadelijk weggeveegd.
Let op:
zorg dat geen vuil langs de vuldop in het carter terecht komt.
11.3.2 Oliewissel motor (Engine Oil)
Waarschuwing:
Het vullen van de olie gebeurt in TWEE stappen.
Lees de ganse tekst aandachtig!
• Plaats de machine op een vlakke ondergrond zodat de motorplaat mooi horizontaal staat.
• Laat de motor warm draaien en schakel deze daarna uit (trek de
contactsleutel af).
• Plaats een opvangrecipiënt (inhoud 2L) onder de olie-aflaat (1).
• Open de vuldop (2).
• Open de aflaatstop (1) en laat de olie in het recipiënt lopen.
• Als alle olie uit het carter is weggevloeid, plaats dan de aflaat-
stop terug.
• Vul de motor gedeeltelijk op met nieuwe olie en sluit de vuldop.
(Raadpleeg de motorhandleiding voor het exacte aantal).
• Start de motor en laat gedurende 20 sec stationair draaien.
• Stop de motor en wacht een dertigtal seconden.
• Vul nu de rest van de olie verder bij tot aan het merkteken "F"(Full) op de peilstok.
• Eventueel gemorste olie opruimen.
Waarschuwing:
Een tekort aan olie in de motor leidt onherroepelijk tot ernstige schade van de
motor.
11.3.3 Vervangen van de oliefilter (Oil filter)
• Dit gebeurt tijdens een oliewissel (lees "11.3.2 Oliewissel motor (Engine Oil)" op pagina 51)
• Verwijder de riemafscherming voor een eenvoudigere toegang tot de filter (lees "11.2.1
Verwijderen van de riemafscherming" op pagina 44).
• Voorzie een opvangrecipiënt en plaats het onder de filter.
51