Inhoudsopgave
Advertenties
Invaarprocedure
Tijdens de invaarperiode kunnen de
bewegende onderdelen van de motor
op elkaar inlopen, hetgeen een
positieve invloed heeft op de prestaties
en de levensduur van de motor.
Laat uw nieuwe buitenboordmotor als
volgt inlopen.
Gedurende de eerste 15 minuten:
Laat de motor stationair of met een
zo laag mogelijk toerental draaien.
Gedurende de volgende 45 minuten:
Laat de buitenboordmotor draaien
met een toerental van 2.000 3.000
omw/min (met een gasklepopening
van 10% 30%).
−
Gedurende de volgende 60
minuten:
Laat de buitenboordmotor draaien
met een toerental van 4.000
omw/min (met een
smoorklepopening van 50%
Gedurende de eerste 10 uur:
Vermijd langdurig volgas varen
(gasklep 100% geopend) gedurende
meer dan 5 minuten.
Inschakelen vooruit/achteruit
−
De schakelhendel heeft 3 standen:
VOORUIT, N, en ACHTERUIT.
Een controlelampje in de voet komt
−
120
overeen met de afbeelding op de voet
van de schakelhendel.
−
5.000
Draai de handgreep van de gashendel
naar stand LANGZAAM voordat de
−
80%).
schakelhendel bewogen wordt.
HANDGREEP GASHENDEL
R (achteruit)
SNEL
LANGZAAM
8.
WERKING (type H)
N (vrijstand)
L
L
A
A
N
N
G
G
Z
Z
A
A
A
A
M
M
SNEL
R
N
F
Draai de handgreep van de gashendel
niet met kracht in stand SNEL. De
gashendel kan alleen in stand
VOORUIT naar stand SNEL bewogen
worden.
Controleer of de kantelblokkering in
stand RUN (LOCK) staat.
F (vooruit)
79
Advertenties
Inhoudsopgave
