2.
De waaiervouw-lade kan vijf tot tien lange pagina's bevatten. De lade kan werken met alle
velformaten van 210 mm () tot 6 m () lang (80 g/m² papier), of langer met een licentie voor extra
lang papier (een optie) en een breedte tot 914 mm (). Lange vellen komen waaiergevouwen in de
opvanglade onder de lade voor niet-vouwen terecht.
3.
De lade voor niet-vouwen wordt gebruikt voor het stapelen van niet-gevouwen pagina's, tot
ongeveer 10 vellen. Het kan werken met A1 liggend of A0; maximale breedte 914 mm (). Afdrukken die
niet gevouwen moeten worden, worden op de bovenkant van de lade voor niet-vouwen geplaatst.
Een taak naar de vouwmachine verzenden
Als de vouwmachine is geïnstalleerd, is deze het standaard uitvoerapparaat van de printer. Als u een
taak verzendt zonder een vouwstijl op te geven, wordt de standaardstijl toegepast.
U kunt op het kleine tandwielpictogram
vouwstijlen te wijzigen.
OPMERKING:
gevouwen (Not folded) als vouwstijl.
OPMERKING:
staan dat in de vouwmachine wordt gevoerd. De positie van het titelblok moet worden ingesteld in de
afdruksoftware die u gebruikt (eventueel door rotatie).
Om de vouwmachine te gebruiken, selecteert u deze als volgt bij het verzenden van de taak om af te
drukken:
●
Front panel: Tik op het instellingenpictogram
Als u afdrukt of kopieert, kunt u de vouwmachine selecteren als uitvoerbestemming. Tik
op Afdrukken (Print), selecteer de locatie van het bestand (USB-flashstation, netwerkmap of
basismap), selecteer daarna op het tabblad Quicksets de optie Meer instellingen (More settings) >
Uitvoerbestemming (Output destination) > Vouwmachine (Folder). U kunt ook de standaard vouwstijl
aanpassen.
176
Chapter 9 Verzamelen en afwerken
Als u taken in de vouwmachine wilt stapelen zonder deze te vouwen, selecteert u Niet
In de meeste gevallen moet het titelblok (legenda) op de voorrand van het document
tikken om de instellingen voor de vouwer of de standaard
en vervolgens op Uitvoerbestemming > map.