i
Druk op
om de naaldpositie weer te geven.
• Druk op
om de helderheid van het camerabeeld
te wijzigen. U kunt de borduurpositie gemakkelijker
controleren als u de afbeelding donker maakt (
lichtere stoffen, of lichter (
1 Naaldpositie
2 Markering op de stof, aangebracht met
kleermakerskrijt
3 Telkens wanneer u deze toets drukt, verandert de
helderheid van het camerabeeld.
4 Druk hierop om het camerabeeld op te slaan op
het externe apparaat.
• Druk op
om de borduurpositie te controleren.
Memo
• Druk op
om de cameraweergave te
vergroten. Door de cameraweergave te
vergroten kunt u een het middelpunt van het
patroon goed benaderen door het
borduurraam telkens een stukje te
verplaatsen.
j
Druk op
en pas de stand van het
patroon aan totdat het patroon parallel is
met de markering die met kleermakerskrijt
op de stof is aangebracht. (Zie "De
richtingshoek veranderen" op pagina 99.)
• Druk op de plaatsingstoetsen om het borduurraam te
verplaatsen totdat het patroon in de cameraweergave
is uitgelijnd met de markering die met
kleermakerskrijt is aangebracht op de stof.
106
k
l
) op
) op donkerder stoffen.
m
■ Het camerabeeld vergroten
1
2
a
3
4
b
Druk hierop
om terug te keren naar het
vorige scherm.
Druk op
.
Druk op
en vervolgens op de
"Start/Stop"-toets om te beginnen met
borduren.
Druk op
.
Het camerabeeld wordt uitvergroot
weergegeven.
• U kunt de weergave-instellingen die zijn opgegeven
in de normale camerabeeldweergave wijzigen.
1
2
3
1 Druk hierop om het camerabeeld op te slaan op
het externe apparaat.
2 Druk hierop om de markering van de naaldpositie
aan of uit te zetten.
3 Telkens wanneer u deze toets drukt, verandert de
helderheid van het camerabeeld.