DE MOTOR CONTROLEREN
NA GEBRUIK
• Controleer of de accuschakelaar op OFF staat.
• Vul de brandstoftank.
• Sluit de zeekraan/zeekranen.
• Als er risico op bevriezing is, moet u controleren
of het koelsysteem voldoende koelvloeistof
bevat. Zie pagina 28.
• Als er gevaar van bevriezing is, laat u het
zeewatersysteem leeglopen.
• Bij temperaturen onder 0 °C (32 °F) laat u het
zeewatersysteem leeglopen en sluit u de
motorverwarmer aan (indien aanwezig).
Vloeistofpeil controleren
Zie de instructies in Voordat u begint op pagina 25.
Gebruiksaanwijzing 6LT-serie
BEDIENING VAN DE MOTOR
37